Automotive Hall of Fame
Dearborn (USA)
●
Lijst van belangrijke automensen
●
Elementen van de autohistorie
●
Beperkt museum, slechts enkele auto's
●
Expositie deels gedateerd
mei 2022
Hang je hier aan de muur, dan tel je mee
Wie is opgenomen in de Automotive Hall of Fame, heeft statuur in de autowereld.
De organisatie achter het initiatief heeft een eigen ‘clubgebouw’ in Dearborn,
vlak naast het Henry Ford Museum. Het is een klein museum dat achtergronden
geeft over de autohistorie en de mensen die daarbij een sturende rol speelden,
in het verre of recente verleden. Biografieën, foto’s, objecten en een enkele
auto vormen met elkaar een beperkte en soms gedateerde expositie.
 |
Over de ontvangst niets dan lof. Die is zeer klantvriendelijk. Voordat de
medewerkster bij de receptie ons toegangskaarten wil verkopen, vraagt ze of
we voldoende op de hoogte zijn wat hier te zien is. Er volgt snel een
toelichting; de vraag kan merkwaardig overkomen. Ze
wil de verwachtingen peilen. Bezoekers blijken nogal eens teleurgesteld te zijn.
Na een kwartier staan ze weer buiten. Dan is tien dollar entree wel erg veel.
‘Dit is nadrukkelijk géén museum met oude auto’s’, verklaart ze. 'Daarvoor moet
je bij de buren zijn'. Ze wijst naar het Henry Ford Museum. 'Daar staan er een
hele boel'. We kunnen het beamen, we waren er eergisteren.
Ons eerlijke antwoord op haar vraag is ‘nee’. We weten niet goed wat we kunnen
verwachten. Google noch de website geven voldoende duidelijkheid. De Hall heeft
iets met autohistorie en personen te maken en er staan wat auto’s. Toegegeven,
heel veel vager kan niet. Maar als je toch in Dearborn bent, dan is alleen de
aanduiding Automotive Hall of Fame voldoende voor een nadere kennismaking,
is onze gedachte. We
krijgen uitleg: de expositie bestaat vooral uit geïllustreerde beschrijvingen van de
autogeschiedenis en betrokken mensen, aangevuld met relevante
objecten. Er worden 800 mensen voorgesteld die van grote betekenis zijn geweest
voor de ontwikkeling van auto-industrie. Heb je geen zin om te lezen, dan ben je
er snel doorheen. De expositie is opgebouwd rond een aantal
thema’s: creatieve ideeën, de geboorte van de auto, Detroit als hart van de
auto-industrie, snelwegen die verbinden, motorsport, autoverkopers, trucks en
truckers, leiders en innovatie, designgrootheden en technische visionairs. Als er al twijfel was, is die helemaal
verdwenen. We willen zeker naar binnen en profiteren van de gereduceerde prijs
voor senioren.
 |
Een
bord geeft overzicht van de thema's die aan bod komen.
►Kijk hier naar een vergroting.
Portrettengalerij
Als je het moet samenvatten, is de Hall of Fame een aangeklede
portrettengalerij. Portretten van vooraanstaande personen uit de autowereld in
brede zin. Een
naamsvermelding is een eer. Als je hier met je beeltenis aan de muur hangt, dan
doe je ertoe. Er zijn verschillende categorieën beroemdheden. Een uitverkiezing
vindt plaats na een voordracht. Een commissie bepaalt op basis van de
onderliggende bewijslast of die zwaar genoeg is om tot het gezelschap te mogen
behoren. Het initiatief gaat terug tot 1939, toen een aantal enthousiastelingen
in New York een groep vormden die de herinneringen aan de pioniers van de sector
wilde behouden. Vanaf 1997 zetelt de organisatie in Dearborn. In 1967 werd een
begin gemaakt met de toekenning van de zogeheten Induction Award aan individuele
personen. De eerste uitverkorenen waren Walter P. Chrysler, Henry Ford, Charles
Kettering en Alfred P. Sloan. Recent toegevoegde onderscheidingen zijn er onder
meer voor autoverzamelaar Jay Leno en de Nederlander Harold Gordijn, oprichter
van TomTom.
De lijst is merkwaardig. Namen als De Dion,
Bouton, Panhard en Levassor ontbreken. Toch mannen die wel wat betekend hebben,
zou je zo zeggen. Soms kun je vraagtekens zetten bij de uitverkiezing. Een van de tot het eminente
gezelschap toegelatenen is Albert Kahn, de architect die onder meer het oude
hoofdkantoor van General Motors ontwierp, het befaamde Fischer Building in
Detroit, het Ford-River Rouge-complex en de villa van Edsel Ford. Met auto's
heeft hij nooit direct wat van doen gehad. Ook Thomas Edison behoort tot de autogrootheden, hoewel hij zijn elektrische auto nooit tot
massaproduct wist te ontwikkelen. Misschien wel het meest verrassend is Ralph Nader, de
criticaster van de auto-industrie die in 1965 met zijn boek 'Unsafe at any
speed' General Motors beschuldigde van het maken van onveilige auto's. Vriend en
vijand zijn het er inmiddels over eens dat de eenzijdige aandacht voor de
Chevrolet Corvair onterecht was, maar dat hij het thema veiligheid wel op de
kaart heeft gezet.
 |
Edison
ontwikkelde deze elektrische driewieler, maar ging er niet mee verder.
Kahn en
Nader: niet de eerste personen die je hier zou verwachten.
Holley Motorette
Voordat we de expositie binnengaan, worden we bijgepraat over de nieuwste
aanwinst van de Hall, een Holley Motorette uit 1903. Het wagentje staat
prominent in de ontvangstruimte. De broers George en Earl Holley waren
producenten van carburateurs, motorfietsen en tussen 1902 en 1904 ook van deze
kleine auto. Ze leverden onder meer aan Oldsmobile voor het model Curved Dash.
Henry Ford overtuigde ze, zo wordt ons verteld, om zich op het maken van
carburateurs te concentreren en af te zien van de verdere ontwikkeling van een
eigen auto. Hij ging met ze in zee en bood een contract voor levering van
onderdelen aan. De samenwerking zou 75 jaar duren. Hoeveel auto’s de broers
hebben gemaakt, is onduidelijk. Ergens tussen 150 en 600. Er schijnen er nog
vijf over te zijn. Dit is er een van. Het wagentje zou niet misstaan in het
naburige museum, maar het staat hier.
Een
zeldzame Holley, de nieuwste aanwinst van de stichting.
Naar
verluidt zijn er nog maar vijf overgebleven.
Paard in wagen
We krijgen het advies om de expositie chronologisch te volgen. Dat klinkt als
goede maar ook wel overbodige raad. Het verhaal begint bij
voorlopers van de auto, bij mannen (het waren allemaal mannen) die een
zelfbewegend vervoermiddel als droom voor ogen hadden. Leonardo da Vinci was er
één van, ver voordat Cugnot in 1769 zijn stoomwagen maakte. De meeste
voorbeelden kennen we uit de boeken, maar eentje trekt als curiositeit de
aandacht. Een van de uitvinders dacht de oplossing gevonden te hebben met een
paard in wagen. Nee, dit is geen tikfout. Geen paard en wagen, maar paard
in
wagen. Denk aan een soort spoorwagon waarin een paard op een loopband stapt
waardoor de wielen worden aangedreven. Om dat nou een automobiel - zelfbeweger -
te noemen, gaat wel heel ver. De andere voorbeelden zijn overigens niet minder
curieus. Het idee van een voertuig dat op eigen kracht vooruit komt, is al heel
oud.

In aanloop naar de
automobiel ontstonden talloze ideeën.
Creatieve geesten
Er zijn verder geen bezoekers. Op een bankje zit een medewerker die, zo vertelt
hij, bezig is met het uitwerken van zijn gedachten om de opzet te moderniseren.
Hij mist in de huidige opstelling de rode lijn die de historische gebeurtenissen
verbindt. De portretten van pioniers, uitvinders en succesvolle zakenmannen
hangen nu naast elkaar, gegroepeerd weliswaar, maar zonder onderlinge
verbinding. Hij vindt het onderliggende verhaal niet duidelijk genoeg. missen.
Toch is dat er impliciet wel. Het verhaal dat de ontwikkeling van de auto en de
gehele bedrijfstak niet aan één iemand is toe toeschrijven, maar aan de inbreng
van honderden creatieve geesten. Sommigen waren voortrekkers bij nieuwe
productiewijzen, anderen de meesters van de vormgeving en weer anderen hielden
zich bezig met slechts een onderdeel, maar zetten daarmee wel een koers uit voor
de hele autowereld. Denk aan Béla Barényi als bedenker van de kreukelzone en
Ralph Teetor,
de uitvinder van de cruise control.
We blijken het snel met elkaar eens te zijn. In weerwil van wat veel Duitsers
graag horen, is de auto niet door hun landgenoten Benz en Daimler uitgevonden.
De auto is geen uitvinding, maar het resultaat van een proces waaraan velen een bijdrage leverden.
Datzelfde gaat op voor de verbrandingsmotor. Waarmee niets negatiefs gezegd
wordt over de waarde van het werk van genoemde mannen. Dat replica’s van de
eerste voertuigen van beiden hier staan, is niet echt verrassend. In de
autohistorie verdienen ze een ereplaats.
 |
 |
Ereplaatsen voor de eerste voertuigen van Benz en Daimler, beide
replica's.
Carl en
zijn vrouw Bertha Benz speelden een hoofdrol in de ontwikkeling van de
auto.
Knudsen
was specialist in de produceren, Teetor vond de cruise control uit.
Curiositeit
De route door de expositie is een gang door de geschiedenis, met opmerkelijke
objecten, foto’s, verhalen en een enkele auto als illustratie. Een zo’n
curiositeit is een boek van twee vuisten dik. Het bevat 600 originele brieven
van beroemdheden aan Ransom E. Olds bij gelegenheid van zijn 80e verjaardag in
1944. Het was een ideetje van de Rotary Club van Lansing. Henry Ford was een van
de briefschrijvers. Een kopie van zijn felicitatiebrief hangt aan de wand. Over Ford wordt
nog veel meer verteld, zowel over Henry Ford als over zijn kleinzoon Henry Ford
II, van de spectaculaire race van Barney Oldfield en de revolutionaire 5
dollar-day tot de wederopbouw na de oorlog. Weer zo'n aardig 'object' is het
lijstje met salarissen in de beginjaren van de Ford Motor Company.
Voor de Amerikanen is de opening van de Lincoln Highway in 1912 een
belangwekkende gebeurtenis. Voor het eerst was er een wegverbinding tussen de
oost- en westkust. De weg zorgde voor welvaart in honderden gehuchten, dorpen en
steden langs de route.
Met de wegen ontwikkelde zich ook het wegvervoer. Een cabine van een oude
Ford-truck laat zien dat een dakslaper al honderd jaar geleden werd gebruikt
door truckers die door het land zwierven als gemotoriseerde nomaden.
 |
 |
Brieven
aan het adres van Randsom E. Olds, onder meer van Henry Ford.
De
familie Peugeot was al lang industrieel bezig voordat de auto bestond.
Veel
aandacht voor Henry Ford. Links de vroege races, rechts de
vijf-dollar-dag.
De
racelegende Barney Oldfield als onderdeel van een trofee en de loonlijst
van Ford.
In 1949
verraste Ford de wereld met een modern ontwerp.
Latere leiders van Ford: Alan Mullaly (CEO van 2006 tot 2014) en Donald
Petersen (1985-1990).
Autowegen brachten stad en platteland met elkaar in verbinding.
Henry
Ford II moest als jonge man de erfenis van zijn grootvader veiligstellen.
De
historie als een weg langs opmerkelijke feiten en objecten.
Met de
wegen ontwikkelde zich ook het vrachtverkeer.
Het
leven van een trucker anno 1923: een smal bedje boven de cabine als
overnachtingsplaats.
De
opkomst van het vliegtuig als binnenlands vervoermiddel zorgde voor een
nieuwe markt, die van huurauto's.
Design
De auto-industrie was lange tijd vooral een aangelegenheid van witte mannen uit
Europa en Amerika. De Hall zet nadrukkelijk Helene Rother in de schijnwerper.
Zij kwam als eerste vrouwelijke interieur-ontwerper in 1942 in dienst van
General Motors. In 1947 startte zij haar eigen bureau en werd verantwoordelijk
voor de binnenkant van de modellen van Nash. Een van de producten van haar
inspanningen staat hier. Verder is er aandacht voor Edward Davis, de
eerste niet-blanke dealer van nieuwe auto's voor een van de Grote Drie (General
Motors, Ford en Chrysler) in de VS. Zo zijn er verschillende thema’s die aan
bod komen, uitgebreid of zijdelings.
Design is een hoofdonderwerp, waarbij zowel aan de beroemde bazen van
ontwerpafdelingen van de Amerikaanse concerns als de leiders van de
Europese ontwerphuizen een plekje is toebedeeld.
Binnen de mondiale bedrijfstak mag de invloed van de Aziaten niet worden
vergeten of onderschat. Dat gebeurt gelukkig niet. De op permanente
kwaliteitsverbetering gerichte aanpak van Toyota krijgt ruimte, net als de
tegendraadse werkwijze van Honda. De Hall eert de topman van Hyundai voor het
opzetten en doorontwikkelen van de Koreaanse auto-industrie, waar niemand meer
omheen kan. Terecht is de galerij van beroemdheden niet louter een Amerikaanse
aangelegenheid. Voor de verhalen van de mensen achter Volkswagen en
Mercedes-Benz is veel ruimte beschikbaar.
 |
 |
Helene
Rother was verantwoordelijk voor het interieur van Nash-modellen.
Door
het presenteren van een convertible krijgt de bezoeker een betere blik
op het interieur.
Veel
aandacht voor de grote namen van de auto-ontwerpen.
General
Motors en Chrysler besteedden veel aandacht aan hun ontwerpafdelingen.
Amerikanen en Europeanen bepaalden het uiterlijk van de auto.
Op de
voorgrond de beeltenis van de eerste niet-witte autoverkoper bij De
Grote Drie.
Veel ruimte voor de Volkswagen Kever, succesmodel in Europa en de Verenigde
Staten.
Mercedes-Benz geldt als een innovatieve onderneming, met veel aandacht
voor veiligheid.
Toyota
wordt geëerd met het efficiënte Toyota Production System en de aandacht
voor permanente verbetering.
Dwarsligger Soichiro Honda wist in korte tijd een gerespecteerde positie
te verwerven.
Foto's
en teksten vormen de hoofdmoot van het verhaal dat de Hall wil
vertellen.
Moderniseringsslag
Met een uur hebben we het wel gezien. Slechts een paar biografieën
hebben we van a tot z gelezen. Veel informatie is ook op Wikipedia te vinden. De
opzet van het geheel is verzorgd, maar door de tijd ingehaald. De klok is een
aantal jaren geleden stil komen te staan. Een moderniseringsslag is geen luxe.
Zo ontbreekt bijvoorbeeld iedere verwijzing naar de snel opkomende Chinese
auto-industrie. Ronduit slordig en ergerlijk zijn de niet bijgewerkte
biografieën. Iemand die in 1909 is geboren, is inmiddels vast overleden. Zo’n
aanpassing lijkt een kleine moeite.
We nemen afscheid en laten de Automotive Hall of Fame weer bezoekerloos achter,
op zoek naar onze gehuurde Toyota Camry op het parkeerterrein van het Henry Ford
Museum. We voelen ons zeker niet bekocht. De klassieke auto’s hebben we niet
gemist. Afgelopen week zijn er in verschillende musea in en om Detroit
genoeg te zien geweest. Voor komende dagen staan nog een paar automusea op het reisprogramma.
Onze voeten roepen op deze vrijdagnamiddag om rust. Dat gunnen we ze.
■
 |
 |
De
Flanders van 1912 is een van de weinige echte auto's in de Automotive
Hall of Fame.
 |
Onderweg in Amerika
Vijf weken toeren door de
Verenigde Staten
levert talloze ontmoetingen op met
bijzondere auto's. Een impressie.
mei
en juni 2022
|
 |
|