VDL-Buschassis

Eindhoven (NL)



 
●  Toeleverancier van autosector
●  Fabrikant van buschassis
●  Rondgang door de fabriek
●  Veelzijdig familiebedrijf
●  Ondernemer- en leiderschap


november 2009, aanvullingen t/m juli 2012

 

  


Brabantse ondernemer zoekt zijn eigen weg
 

In de showroom van het hoofdkantoor van VDL in Eindhoven staan tientallen, totaal verschillende producten. Het is slechts een fractie van wat het bedrijf maakt. Nauwkeuriger gezegd: wat de uiteenlopende ondernemingen maken, als onderdeel van de groep. Een aantal heeft een directe relatie met de autowereld, hoewel je het VDL-logo nauwelijks tegenkomt. De Brabantse onderneming heeft een duidelijk eigen signatuur en eigen cultuur. We bezoeken het hoofdkantoor en maken een rondgang door de buschassisfabriek.
 

 

Als Wim van der Leegte in 1966 als 19-jarige student HTS-Werktuigbouwkunde in het metaalbedrijf van zijn vader aan zijn stage begint, moet hij financieel en organisatorisch orde op zaken stellen. Het uit 1953 stammende bedrijf in het Brabantse Hapert heeft zich onder meer verslikt in de productie van onderdelen voor Honda-bromfietsen. In plaats van de verwachte tienduizenden stuks, worden het er slechts tweehonderd. Het model slaat bij de jeugd niet aan. Vader zit overwerkt thuis en Wim heeft dus al snel de leiding in handen. Van der Leegte werkt zes jaar in het bedrijf als hij de aandelen overneemt. De dan 25-jarige staat aan het begin van een loopbaan als succesvol ondernemer. Zijn studie rondt hij uiteindelijk 38 jaar later af, in 2004.
Van der Leegte – “voor iedereen in het bedrijf ben ik Wim” – heeft de gave slecht functionerende bedrijven over te nemen, te reorganiseren en winstgevend te maken. Dat doet hij met een combinatie van zakelijk inzicht en gevoel. Openheid en nuchterheid zijn kernwoorden, aangevuld met betrokkenheid en een vorm van familiegevoel.
 

Tussen huishoudelijke producten van vroeger en toelevering aan de auto-industrie ligt een hele ontwikkeling.

Keten
Wat begon als één bedrijf is uitgegroeid tot een internationale keten van ondernemingen. VDL omvat 78 bedrijven in 14 landen en biedt werk aan 6500 medewerkers. De rode draad is metaalbewerking, maar tegelijkertijd is dat begrip veel te beperkt. Het productengamma strekt zich uit van onderdelen voor de chip-fabricage (met een precisie van 1 nanometer - een haar is 80.000 nanometer dik), de inrichting van gerobotiseerde lasstraten voor autofabrieken en complete autobussen tot zonnebanken, dakkoffers en bewegwijzeringsborden voor het verkeer. Met de zonnebanken staat men op de derde plaats van de wereldranglijst, met de dakkoffers op de tweede. Al weer vier jaar geleden werd de grens van een jaaromzet van 1 miljard euro doorbroken. (In 1978 werd de omzet van 1 miljoen gulden bereikt, in 1989 was dat 50 miljoen, in 1995 200 miljoen, in 1998 500 miljoen.)
2009 is een moeilijk jaar. De crisis heeft ook VDL geraakt. In veel sectoren is de markt ingestort en iedere toeleverancier heeft grote klappen te verwerken. Niettemin zal VDL ook dit jaar met winst afsluiten, al is die aanmerkelijk minder dan voorgaande jaren.
 

Bij de dakkoffers en zonnebanken is VDL een wereldspeler van formaat.

Geheim
Met een onvervalste Brabantse tongval probeert Wim van der Leegte het geheim van zijn succes uit te leggen. Kern daarvan is een uitstekende monitoring van kosten en opbrengsten, het motiveren van medewerkers en synergie tussen de verschillende bedrijfsonderdelen. Kracht door samenwerking is het motto waarmee het bedrijf zich presenteert. Daarnaast is het tegengaan van overbodige uitgaven één van zijn stokpaardjes. Een mooi voorbeeld is het logo van zijn bedrijf. Het is misschien niet meer helemaal van deze tijd, maar wat kost het om een nieuw te ontwikkelen en in te voeren? En wat levert het op? De vierkante letters met op de achtergrond de rood-wit-blauwe vlag zullen nog wel even blijven. Dat geldt ook voor het tijdstip van vergaderingen en overleggen met de ondernemingsraad: aan het eind van de dag, na werktijd. Er is geld en tijd voor cursussen om het werk beter te doen, maar persoonlijke ontplooiing is toch vooral een zaak van de medewerker zelf. Op menig vlak spot Van der Leegte met de theoretische lessen uit management- en communicatieboekjes. Vooralsnog geeft de praktijk hem gelijk. De financiële cijfers onderstrepen het succes en de betrokkenheid van de medewerkers bij het bedrijf is groot.
 

Moderne technieken en conventionele producten: ze passen moeiteloos in het brede VDL-programma.

Stuur
Van der Leegte is directeur en eigenaar. Het is overduidelijk: hij zit aan het stuur. En heeft uitgesproken opvattingen. Zijn managementteam bestaat uit mensen die in het bedrijf zijn opgegroeid. Alleen zo waarborg je de typische cultuur. Na een overname bemoeit hij zich veelal zelf met het nieuwe bedrijf. Hij gaat er veel naar toe. Je moet bekend zijn op de werkvloer. Van der Leegte ziet er niet tegenop drastische ingrepen te doen. Zo worden standaard de systemen van planning en boekhouding de deur uitgedaan en vervangen door het eigen VDL-systeem. Alleen dan houd je zicht op de stromen. Maar verder krijgt de leiding van een werkmaatschappij zoveel mogelijk ruimte het bedrijf verder te ontwikkelen.
Van een gang naar de beurs moet Wim van der Leegte niets hebben. Hij onderstreept de kracht van een familiebedrijf. Zoals zijn vader hem klaarstoomde voor het bedrijf, zo wil hij zijn eigen kinderen interesseren om de toekomst van de onderneming zeker te stellen. Hij is realistisch. “Als ik er niet meer ben, kan ik er niets meer aan doen. Ik probeer zaken op een goede manier achter te laten, maar hoop dat dat moment er nog lang niet is”.
 

In de showroom staan schaalmodellen van verschillende typen bussen en chassis.

Een touringcar en openbaarvervoerbus van Jonckheere, één van de vele bedrijven van de VDL-Groep. (foto's VDL)

VDL maakt traditionele bussen én hypermoderne ontwerpen die het midden houden tussen tram en bus. (foto's VDL)

Bussen
De VDL Groep is actief in drie hoofdsectoren: toeleveringen, bussen en eindproducten. Tot de laatste groep behoren ook producten die elders in de (auto-)industrie gebruikt worden, zoals veersystemen. Dat varieert van conventionele bladveren tot luchtvering.
De basis van de busdivisie (VDL Bus & Coach) wordt in 1993 gelegd, als Daf-trucks faillissement moet aanvragen. De vrachtwagenpoot maakt een doorstart in afgeslankte vorm, maar Van der Leegte neemt de chassisproductie over. Men maakt chassis voor openbaarvervoerbussen en touringcars. Motoren komen van Daf en Cummins. Negentien procent van de aandelen behoort aan Daf Trucks. De band is hecht, want op zijn beurt is VDL weer een toeleverancier van de Eindhovense vrachtwagenfabrikant. De helft van de alle geproduceerde chassis wordt verkocht aan derden, de andere helft gaat naar de koetswerkbedrijven binnen de groep. In 1998 is VDL namelijk eigenaar geworden van de busbouwers Berkhof en Jonckheere en sinds 2003 is ook Bova deel van VDL. Nu is het één van de grootste busproducenten van Europa en de enige busproducent in Nederland. Er wordt geëxporteerd naar meer dan dertig landen. Het nieuwste product is de Phileas, een combinatie van tram en bus.
Naast de grote bussen levert de onderneming mini- en midibussen en is ook nog eens actief in de handel van gebruikte bussen.
 

Het lassen is hier nog ambachtelijk handwerk. Er wordt wel onderzocht of een robot meerwaarde biedt.

Langzaam maar overduidelijk krijgt het chassis zijn componenten.

Assen, motoren en versnellingsbakken worden ingekocht. Ze vormen de grootste kostenpost van het onderstel.

Bijna klaar: wielen en stuurwiel zijn al gemonteerd. Links een kort chassis.

Op voorraad houden of per stuk inkopen: een kwestie van rekenen. Met DAF bestaat een bijzondere band.

Handwerk
De chassisfabriek ligt naast het hoofdkantoor in Eindhoven. Per jaar verlaten zo’n 1400 chassis de poort. Van een lopende band is geen sprake. Het draait hier om gespecialiseerd handwerk. Honderd mensen zijn dagelijks bezig in de productie. De capaciteit bedraagt maximaal veertig chassis. Het maken van een compleet onderstel kost drie weken. Er wordt onderzocht of een robot het laswerk zou kunnen overnemen, maar dat is alleen rendabel als die kan worden ingezet bij alle tien typen chassis. Tot op dit moment is dat niet het geval. Anders dan bij massafabricage zijn personeelskosten hier slechts tien procent van de totale kosten van een compleet chassis. De motoren, assen en versnellingsbakken komen van elders. Die vormen rond zestig procent van de kosten van een chassis, waarvoor de klant zo’n 80.000 euro moet neertellen. Het maken van een compleet onderstel kost drie weken.
Opmerkelijk is de grote voorraad onderdelen. Past dat wel bij een moderne onderneming waar just in time de standaard is? Voorraadvorming is toch uit den boze? Zo simpel is het niet. Wil VDL scherp kunnen inkopen, dan zijn grotere hoeveelheden een noodzaak. Bedrijfseconomisch is er steeds de afweging tussen voorraadvorming en inkoopprijs. Er is echter geen voorraad motoren, assen en versnellingsbakken. Die worden alleen ingekocht als ze direct worden gebruikt.
 

Op de werkvloer is het opmerkelijk schoon. Zo hoort het volgens Wim. 

Begrip
Wim van der Leegte ervaart als ondernemer en industrieel dat er in politiek Den Haag soms weinig begrip is voor het functioneren van de markt. “Wij concurreren op een internationale markt, maar de politiek kijkt weinig naar de landen om ons heen”. Hij doelt met name op de stimuleringsmaatregelen van het afgelopen jaar om de snel opgekomen crisis door te komen. De deeltijd-WW in Nederland is veel minder stevig dan die in de ons omringende landen. De doorlooptijd voor het nemen van concrete besluiten en maatregelen is ook veel te lang. Een gesprek met de minister van begin september leidt pas twee maanden later tot een antwoord. Zonder het met zoveel woorden te zeggen, is zijn conclusie helder. Als hij zo zijn bedrijf zou leiden, bestond het al lang niet meer. De werelden van de politiek en ondernemend Nederland liggen soms ver van elkaar. “Landbouw heeft een eigen departement, maar de industrie niet. Wij hebben te maken met Financiën, met Sociale Zaken en met Economische Zaken. Terwijl de industrie voor de Nederlandse samenleving nog altijd zó belangrijk is”. Ronduit boos kan hij zich maken over het Haagse besluit voor een order van aardgasbussen. Die ging naar het buitenland, want VDL maakt geen bussen op aardgas. “Met een TNO-rapport in de hand konden wij aantonen dat onze dieselbussen voor het milieu en gebruik van grondstoffen beter scoren dan aardgasbussen. Ook zijn ze vele malen goedkoper. Maar de symboliek is belangrijker dan de feiten. De werkgelegenheid in Nederland wordt dan gewoon vergeten. Dat zul je in Duitsland niet meemaken. Ik ben niet voor protectionisme, maar we hoeven ook niet roomser te zijn dan de paus”. Zijn Brabantse accent geeft die laatste zin een extra klank. In de tussentijd zoekt Van der Leegte zijn eigen weg.


 

  Aanvulling

MAART 2010
Het Financieele Dagblad meldt op 17 maart dat VDL Groep tekenen van herstel ziet. De orderportefeuille is de laatste drie maanden sterk gegroeid. Het bedrijf heeft een moeilijk jaar achter de rug. Het eerste kwartaal van 2009 werd verlies geleden, voor het eerst sinds 1976. Over geheel 2009 kon echter een winst worden genoteerd, al was die met 18 miljoen een derde van de winst het jaar ervoor. De omzet daalde met 24% tot 1,3 miljard. Het aantal afgeleverde bussen daalde met 34% tot 1114. Niettemin bleef deze divisie winstgevend. De laatste tijd laat de automotive sector een lichte verbetering zien, na dramatische ontwikkelingen vanaf medio 2008. 

SEPTEMBER 2010
VDL gaat de busactiviteiten duidelijker profileren. De verschillende merk- en typenamen worden vervangen door het merk VDL. Er komt een nieuw type touringcar, de Futura, leverbaar in een groot aantal varianten. De stadsbussen van VDL heten voortaan Citea. De vormgeving van de bus is in lijn gebracht met de nieuwe touringcarserie.
 


JANUARI 2011
VDL zag in 2010 de omzet stabiliseren op 1,3 miljard euro. De nettowinst verviervoudigde bijna en kwam uit op 70 miljoen. Naar verwachting zullen zowel omzet als winst dit jaar verder stijgen, aldus Wim van der Leegte.

MAART 2012
Uit het jaarverslag over 2011 blijkt dat de busdivisie van VDL afgelopen jaar het zorgenkindje binnen de onderneming was. Er werd verlies geleden. De overheidsbezuinigingen in Nederland en België zorgden voor te weinig orders, aldus een toelichting. De totale VDL-groep maakte een netto winst van 66 miljoen, tien miljoen minder dan het jaar ervoor.
 

 

JUNI 2012
VDL is nu geregeld in het nieuws als potentiële koper van NedCar. Het Eindhovense bedrijf wil de onderneming van Mitsubishi overnemen mits er een overeenkomst met BMW komt om komende jaren BMWs in Limburg te gaan maken.

JULI 2012
VDL, Mitsubishi, de Nederlandse Staat en BMW zijn tot een overeenstemming gekomen. VDL neemt NedCar van de Japanners over, het bedrijf gaat vanaf eind 2014 auto's maken voor BMW (Mini's), de werknemers worden tijdelijk te werk gesteld bij andere vestigingen van VDL, gaan zich inwerken bij Mini en/of krijgen een aanvulling op hun WW-uitkering totdat ze terug kunnen naar Born.