De vonk slaat niet over

De vorige Auto-RAI in 2009 vond plaats in een mineurstemming. De economische crisis had de sector zwaar getroffen. Bijna was de autoshow toen niet doorgegaan. De opzet was noodgedwongen sober, zonder merkenstands. Vergelijkbare auto’s van verschillende merken stonden bij elkaar. Met gekleurde containers werd geprobeerd er nog wat van te maken. Exposanten noch bezoekers waren tevreden. Bovendien kwamen er veel minder mensen voorbij de kassa dan waarop was gehoopt. De show eindigde met een verlies. Inmiddels gaat het beter in de sector. De verkoopcijfers tonen weer een opgaande lijn. De eenvoudige opzet van de RAI is verlaten. Merken hebben hun eigen paviljoens terug. Is daarmee onze nationale autotentoonstelling in 2011 weer net als vroeger, voor de crisis? Met die vraag reisden we af naar Amsterdam.

Geen drommen mensen zoals in voorgaande jaren op deze vrijdagmiddag. 

Op doordeweekse dagen opent de tentoonstelling een uur later dan voorheen. Dit om te voorkomen dat het dagelijks spitsverkeer en de bezoekersstroom in de knoop raken. Als op vrijdag 15 april rond het middaguur de beursvloer wordt vrijgegeven, is het opvallend rustig. Zelfs bij de grote publiekstrekkers als de stands van Porsche en Ferrari staat het geen rijen dik. Dit zal de hele middag zo blijven. Waar je in de looppaden vroeger schuifelde als in de Vaticaanse musea, kun je rustig doorlopen. Dat is prettig natuurlijk. Alles is goed te zien. Dat hebben we wel eens anders meegemaakt. Maar het is net of met de drukte ook de sfeer is verdwenen. Autotentoonstellingen zijn manifestaties van glitter en glamour. Show is een belangrijk facet van het geheel. In Amsterdam overheerst echter een zakelijker aanpak. Zelfs de overdreven korte rokjes van de jonge dames van Kia doen daar niets aan af. De stands zijn over het algemeen kleiner. Sommige zijn tamelijk ingetogen. Foldermateriaal is uit kostenoogpunt niet meer aanwezig. De verkopers bieden aan via hun iPad gegevens te noteren om informatiemateriaal per e-mail toe te zenden. Een aantal merken laat zelfs geheel verstek gaan, waaronder Toyota, Nissan, Suzuki, Honda en Subaru. Mercedes had vroeger nauwelijks genoeg aan een hele hal, nu deelt het die ruimte met andere merken. Van grote primeurs moet Amsterdam het al lang niet meer hebben. De meeste noviteiten staan ook al in de showroom. Alles bij elkaar slaat de vonk niet echt over in 2011. Toch was er nog genoeg om bij stil te staan.

 

Peugeot toonde een conceptcar van een grote coupé: hybride en aandrijving op vier wielen. 

De Opel Flextreme GT/E combineert verschillende autotypen: grote sedan, coupé en stationcar..
 

Van alle kanten toont de Opel opvallende stijlelementen.
 

Renault geeft met zijn studiemodellen aan in welke richting het ontwerp zich zal ontwikkelen.  

Wat zullen hiervan straks in de serieproducten terugzien?
 

Deze elektrische Renault ziet er in hoofdlijnen realistisch uit. 
 

Maar zo'n dashboard is toch te mooi om waar te worden. 
 

Zo ziet Seat de toekomst, met strakke lijnen.
 

Citroën voorspelt een woeste toekomst. 

Zo ziet Giugiaro het ideale stadsautootje van morgen. Vredestein zette 'm op de stand.  
 

Audi's elektrische studiemodel.

De Ford B-Max is zo goed als productierijp. In de serie-uitvoering krijgt de auto deurgrepen. 
 

Zo zal de driedeurs Opel Astra straks ook in de showroom staan.  
 

Een conceptauto die binnenkort gewoon in serie wordt geproduceerd: de Mini Roadster.
 

Wie durft nog te zeggen dat Lexus geen uitdagende vormen kan aannemen?
 

Studiemodellen
Fabrikanten brengen naar autotentoonstellingen altijd hun studiemodellen mee. Soms om de smaak van het publiek te toetsen, soms om te laten zien waartoe men in staat is. Ook Amsterdam gunt ons een kijkje in de keuken van de ontwerpafdelingen. Zo laat Peugeot een mooie coupé zien, een hybride met aandrijving op vier wielen, en pakt Renault uit met een nieuwe designfilosofie. Opel wil ons laten weten toch indrukwekkende grote modellen te kunnen maken, al heeft men zich uit dit marktsegment teruggetrokken. Bij Ford en Opel staan verder bijna productierijpe modellen op de draaiplateaus. De B-Max zonder middenstijl kan zo de showroom in, tenminste als de deuren klinken hebben gekregen. De Opel komen we binnenkort tegen als driedeurs Astra. De Mini zonder dak zou ook gemakkelijk als seriemodel kunnen terugkomen. Audi heeft toegezegd de elektrische sportwagen ook daadwerkelijk te gaan maken.
 

Peugeot toont de diesel-hybride 3008 en de vernieuwde 308.  

Twee bijzondere uitvoeringen van de nieuwste Ford Focus: een elektrische en de snelle ST. 

Primeurs bij Volkswagen, de Golf Cabriolet en Jetta..
 

Wie kan deze BMW 6 Cabriolet nou niet mooi vinden? 

De kap is - uiteraard - keurig weggewerkt zodat een glad geheel ontstaat. 
 

Twee nieuwe modellen van Kia: de Picanto en Rio.  

De Picanto moet een belangrijk model worden voor de Zuid-Koreaans fabrikant.
 

De Hyundai Veloster lijkt een conceptcar, maar staat binnenkort bij de dealer. Links één deur, rechts twee deuren.
 

Het Chinese Landwind probeert opnieuw een start te maken in Nederland.  
 

Het ontwerp is netjes, maar weinig origineel of onderscheidend.  
 

Nieuwe modellen
Echte nieuwe modellen zijn er ook. Het grootste nieuws is waarschijnlijk de derde generatie van de Focus. Ford zet meteen de sportversie en een elektrische variant op de stand. Bij Volkswagen kunnen bezoekers voor het eerst kennismaken met de Jetta en de Golf Cabriolet. BMW steelt de show met zijn ongekend fraaie 6-serie Cabriolet, Land-Rover met de Evoque. Kia presenteert ook twee noviteiten, de Picanto en Rio. Baanbrekend zijn beide ontwerpen niet, maar de koper is er dik tevreden mee. Daarmee zet het merk zijn opmars ongetwijfeld verder voort. Zustermerk Hyundai gaat met de Veloster op de vernieuwende toer. De auto heeft aan de rechterkant twee deuren en links slechts één.
De Koreanen hebben inmiddels een gerespecteerde positie verworven. Op de stand van het Chinese merk Landwind droomt men van een soortgelijke ontwikkeling. Na een valste start van enkele jaren terug met een SUV die onvoldoende veilig bleek, probeert Landwind nu een naam op te bouwen met de CV9. Het is een familiewagen die tegen een ongelooflijk lage prijs van nog geen 15.000 euro wordt aangeboden. De gebruikte materialen zijn niet van topklasse, maar de veiligheidstest is met goed gevolg doorstaan. Om onzekere klanten over de drempel te helpen, geeft de importeur drie jaar garantie. Ook wordt gemeld dat het bedrijf vorig jaar één miljoen auto's heeft gebouwd. "Wat de Japanners in 30 jaar deden en de Koreanen in 20 jaar, gaan de Chinese autofabrikanten binnen 5 jaar doen", aldus het foldertje van de CV9. Dat is: een stabiele positie op de wereldmarkt verwerven.
 

Op de Saab-stand een goed gelijnde 9-5 Estate en tegelijkertijd zorgen over de toekomst.  
 

Belangstelling genoeg, maar zal de 9-4X voldoende klanten weten te trekken?  

Een echte Fiat? Tot voor kort heette de auto Dodge Journey.. 
 

Een oude naam in een nieuwe jas: de Lancia Thema, in feite een gefacelifte Chrysler 300C.
 

Het is toch een merkwaardige combinatie: Lancia en Voyager. 

De vierdeurs Ypsilon is tenminste herkenbaar als een echte Lancia. 
 

Saab
Spanning of het nieuwe model zal aanslaan is er ook bij Saab. Dat ligt minder aan de fraaie 9-5 Estate dan aan de negatieve berichtgeving over het merk in de afgelopen weken. Wie durft er nu een Saab te kopen als de toekomst van het merk ongewis is? Toch zijn er al een paar verkocht, wordt ons gemeld. Voor de Nederlandse markt zal de 9-5 interessanter zijn dan de andere primeur, de
9-4X, een grote SUV met techniek van General Motors.
Dan zijn er nog nieuwe modellen bij Fiat en Lancia. De Ypsilon is een echte noviteit. Anders dan zijn voorganger heeft de elegante stadsauto voortaan vier deuren. Nieuw kun je de Fiat Freemont nauwelijks noemen. Het is een Dodge Journey die voortaan het Fiat-logo op de neus heeft. “Motorisch en van binnen heeft Fiat er het nodige aan veranderd”, wordt met klem gezegd. “Het is nu een echte Fiat”. Het klinkt net zo ongeloofwaardig als de bewering dat de Voyager prima past bij het merk Lancia. Datzelfde geldt voor de Thema, een verjongde Chrysler 300 met Lancia-elementen.

 

Veel belangstelling voor de Chevrolet Volt en Opel Ampera, in beginsel dezelfde auto's. 

Links de elektrische Mitsubishi, rechts de Citroën-versie van dezelfde auto.

Een plug-in hybride Volvo V60 en een Ford Connect op elektriciteit.
 

Deze Renault lijkt uit de volgende eeuw te komen, maar gaat straks echt gemaakt worden. 

Renault maakt veel werk van elektrisch rijden en wil daarmee een voorsprong opbouwen.  

Elektrisch
Op de RAI gaat dit jaar veel aandacht uit naar het elektrisch rijden, al dan niet in combinatie met een ondersteunende benzine- of dieselmotor. Opel presenteert de Ampera en Chevrolet diens broertje, de Volt. Bij Mitsubishi staat de iMiEV in de schijnwerper, terwijl Peugeot en Citroën de Franse versies daarvan op de stand hebben staan. Renault zet in op een waar elektro-offensief en laat een serie modellen zien. Sommige zien eruit alsof ze uit de volgende eeuw zijn komen aanrijden, maar de Fluence is een wat saaie middenklasser. Als de kofferklep open gaat, komt het ware karakter naar boven. Veel plaats voor bagage is er niet. De meeste ruimte is nodig voor de accu’s.

De Britse Lightning moet volgend jaar daadwerkelijk in productie gaan. De aandrijving is elektrisch. 

De Fisker is al in productie. De auto is schoon en ziet er ook nog eens gelikt uit.  

Een Nederlandse elektrische auto, gemaakt in Lochem. Het koetswerk is Chinees. 

Paviljoen
Op een speciaal elektro-paviljoen maken we kennis met twee opmerkelijke elektrische auto’s. De eerste is de Lightning, een Britse sportwagen die volgend jaar in productie moet gaan. Als richtprijs geldt 230.000 euro, waarbij wordt uitgegaan van gunstige belastingtarieven. De accu’s wijken af van wat gebruikelijk is en vinden hun oorsprong in de defensie-industrie. Het opladen zou niet meer dan 10 minuten kosten. De motor heeft een vermogen van 400 pk en de auto kan gemakkelijk harder dan 200. De carrosserie van het prototype is nog van kunststof, maar straks is de auto van aluminium. Als tegenhanger zijn er al elektrische sportwagens te koop, zoals de Tesla en de vierdeurs Fisker.
Een tweede bijzondere elektrische auto is het product van Electric Cars Europe, een bedrijf uit Lochem. In een koetswerk van een Chinese fabrikant waarvan de naam geheim wordt gehouden, plaats men een elektrische installatie. Voor dertigduizend euro staat het karretje twee maanden na bestelling voor de deur. Zijn naam is sinds begin deze week - na een prijsvraag - bekend: Qbee. De top bedraagt 120, de actieradius ook. Het opladen vergt zes tot zeven uur.
 

Twee Nederlandse buitenbeentjes: de Burton op 2CV-basis en de Heynsdyk die gebruik maakt van Porsche-techniek.

De Burton is er voortaan ook als elektrische auto.  
 

Ook Nederlands, maar van heel andere orde: de eerste gesloten Donkervoort.  
 

Nederlands
Er is meer Nederlandse waar. Heynsdyk laat zijn kunststof sportwagen zien, op basis van Porsche 924-techniek. Je kunt ‘m zelf bouwen. Een heel handige knutselaar doet het in 200 uur, maar de gemiddelde huisvader is er wel zo’n 500 uur mee bezig. Dan heb je wel iets bijzonders. Goedkoper is de Burton, die dan ook technisch gebaseerd is op de Lelijke Eend, de Citroën 2CV. Tenzij je de allernieuwste elektrische versie aanschaft natuurlijk.
Op de stand van het autotijdschrift Carros staan niet alleen enkele echte bomen (afkomstig van het Bomencentrum in Baarn), maar ook een unieke Nederlandse klassieker, een Gatso 1500 roadster. De bijnaam van de auto was “het Platje”, vanwege de lage bouw. Rallyrijder Maus Gatsonides is de geestelijke vader van de sportwagen. Er zijn er destijds slechts een handjevol van gemaakt. Opmerkelijk is de primitieve vorm van de deur.

 

Een bijzondere klassieker bij Carros: de Nederlandse Gatso 1500 Roadster. 

Aan de rechterkant zit een merkwaardig deurtje.  

Exoten
Geen autoshow zonder de exoten uit de autowereld. Jong en oud kunnen zich vergapen aan de modellen die nooit binnen handbereik zullen komen. Importeur Hessing zet op de fraai verzorgde stand een Rolls-Royce Ghost (met zilverkleurige neus) en Phantom Drophead met daarnaast de nieuwe Mulsanne van Bentley. Even verderop staat de vierwielaangedreven, vierpersoons Ferrari FF te glanzen. Bij Aston Martin zien we een opvallende stadsauto. Het is een Toyota iQ met een Aston-neus en -aankleding. Je kunt ‘m alleen aanschaffen als je ook een ‘echte’ Aston Martin koopt. Daarmee is de Cygnet niet minder snobistisch dan de sportwagens van het merk.
In de Paddock van autoblad Autovisie staan beroemde sportwagens, waaronder een Bugatti Veyron. Waar de RAI als manifestatie dit jaar misschien niet toe in staat is, bereiken deze superauto’s wel: ze laten bij menige bezoeker de vonk overslaan. ■

 

Rolls-Royce en Bentley op de stand van Hessing. Ooit waren de merken bij elkaar, nu zijn het concurrenten.

Een Ferrari met Ferrari met 4 zitplaatsen en 4WD.  

Zo'n open Alfa Romeo trekt ook de belangstelling.  

Deze Aston Martin kun je alleen kopen als je ook een grote koopt.  
 

Links een Lotus, rechts een Tesla, respectievelijk op benzine en elekticiteit.  

Bij de Tesla is niet het uiterlijk belangrijk, maar de techniek.
 

Anders dan de Tesla heeft de Lotus Evora nog gewoon een vertrouwde benzinemotor.
 

Bijzondere cabriolets: een open Chevrolet Camaro en een speedster-versie van de Mazda MX-5.
 

Supersportwagens op de stand van Autovisie, op de voorgrond een Bugatti Veyron.
   

Inmiddels een klassieker, de Lamborghini Countach.
 

Echte klassiekers, een traditie op de Auto-RAI.
  

Een bijzondere Bugatti: een 57 met studie-koetswerk voor een model 64.
 

Nostalgische Renaults in het roze. Dit jaar herdenkt Renault dat 50 jaar geleden de R4 werd gepresenteerd.
 

Denk de reclamebeplakking van Autovisie weg en je ziet een Tata Nano. 

Volgende keer weer naar de 'toys for the boys'? Dat valt nog maar te bezien....

De organisatie maakte na sluiting van de beurs bekend dat er ruim 270.000 betalende bezoekers zijn geweest. Dat is bijna een kwart meer dan in 2009, maar lang niet zo veel als in de hoogtijdagen toen 400.000 mensen voorbij de kassa trokken. Ook dit jaar zal er weer een discussie volgen of de tentoonstelling een vervolg moet krijgen. Afscheid nemen van een ruim 110-jarige doe je niet zo gemakkelijk, maar de kosten moeten wel in verhouding blijven staan tot de opbrengsten. 

NOVEMBER 2012

De Auto-RAI 2013 gaat niet door, heeft de organisator besloten. Er waren te weinig importeurs en fabrikanten die wilden intekenen voor de manifestatie. Afgezien van twee keer tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog is dit de eerste keer in 114 jaar dat een geplande tentoonstelling wordt afgelast. De hoge kosten in combinatie met de economische malaise zijn de belangrijkste redenen voor het afhaken van de autobedrijven.