Boeken: Biografieën van Henry Ford

 
● 
Een ingewikkelde persoonlijkheid
●  Verguisd en bewierookt
●  Ideeën over productie en samenleving
●  Invloed op Amerikaanse economie
●  Boeken over zijn leven


september 2016


 

  


Henry Ford: een verhaal apart


Vele mannen in de autohistorie maakten van hun naam een merk: Peugeot, Renault, Citroën, Opel, Honda, Chrysler, Austin, Morris, Daimler, Benz, Rolls, Royce.... Het lijstje kan moeiteloos worden uitgebreid. Henry Ford hoort hier natuurlijk ook bij, maar verdient toch een afzonderlijke vermelding. Meer dan wie ook heeft hij met zijn auto's een stempel gedrukt op de maatschappelijke ontwikkelingen van de 20e eeuw. Begin dit jaar verscheen de Nederlandse versie van een biografie over Ford, met als ondertitel 'De uitvinder van de moderne tijd'. Het is zeker niet de eerste en waarschijnlijk ook niet de laatste levensbeschrijving van deze buitengewoon ingewikkelde persoonlijkheid, die tijdens zijn leven al werd verafgood en verguisd, beroemd en berucht was en er grootse en bekrompen ideeën op nahield.
 


Ford ontwierp de op één na meest verkochte auto in de geschiedenis, de T-Ford. Hij zag, anders dan veel tijdgenoten, de auto niet als een speeltje voor de rijken, maar als een consumentenproduct. Hij stond weliswaar niet aan de wieg van de auto zelf, maar is wel de man achter een industrietak die nog altijd van grote economische betekenis is. Henry Ford voerde de lopende band in en introduceerde daarmee het verschijnsel industrieproduct. Steeds kwamen er nieuwe ideeën om de productiviteit van het productieproces te verhogen. De winst gaf hij grotendeels terug door de prijs van de auto's keer op keer te verlagen, wat weer leidde tot vermeerdering van de afzet. Hij gaf de Amerikaanse economie een impuls door van de ene dag op de andere de lonen van zijn werknemers te verdubbelen en de werkdag te verkorten. Ford introduceerde het consumentisme in zijn land en was veel meer dan één van de vele auto-tycoons. In de 'nieuwe tijd' hoefden mensen niet alleen maar te werken om in hun levensonderhoud te voorzien. Er kwam ruimte en tijd voor andere dingen. Ford stimuleerde de welvaartsontwikkeling en de sociale positie van de werkende klasse. Hij was - zeker in de eerste jaren - oprecht betrokken bij het welzijn van zijn arbeiders, maar wel als het op zijn manier vorm kreeg.
 

Standbeeld van Henry Ford in Dearborn, bij het naar hem genoemde museum. 

Gedrag
Productie was de basis van het systeem, werk het uitgangspunt van het leven. Welvaart was alleen weggelegd voor degene die ervoor werkte. Vanuit zijn bedrijf bevorderde hij actief het goed burgerschap van zijn medewerkers. Dat ging zelfs zo ver dat mensen thuis werden gecontroleerd op goed gedrag. Hij speelde ook een rol bij het onderwijs in de Verenigde Staten.
Ford regeerde als een keizer over zijn bedrijf dat bestond uit vele vestigingen in Amerika en daarbuiten. De River Rouge fabriek was het grootste industriële complex ter wereld. Het omvatte naast de autofabrieken ook hoogovens en staalfabrieken. Ford wilde de hele productie beheersen en onafhankelijk zijn van anderen. Zijn wil was wet. Hij had een neus voor publiciteit, haatte publieke optredens, maar zijn korte verklaringen over tal van onderwerpen werden wereldberoemd. Hij sprak de taal van de gewone man, gaf af op intellectuelen en de maatschappelijke elite. Het populisme was hem op het lijf geschreven.
 

In dit huis bracht Henry Ford zijn jeugd door met ouders, twee broers en twee zussen. 

Persoonlijkheid
Henry Ford was een markante, complexe, moeilijk te doorgronden en daarom zo’n interessante persoonlijkheid. Een vat vol tegenstrijdigheden. Welke biografie je ook leest, alle auteurs trekken dezelfde conclusie. Hij was eenvoudig en visionair tegelijkertijd, hield van de vooruitgang maar hunkerde naar de tijd waarin hij was opgegroeid, hij geldt als een industrieel icoon maar hield ontzettend van het landleven. Hij zorgde voor sociale voorzieningen, maar had de pest aan vakbonden. Ford kon in de beginjaren mensen enthousiasmeren als geen ander om zijn ideeën van een auto voor de massa te realiseren. Velen joeg hij tegen zich in het harnas, tot en met de Amerikaanse president in de jaren dertig. Hij kon tegenstanders meedogenloos in de hoek zetten, maar wist mensen ook tientallen jaren aan zich te binden. Hij had beroemdheden als vrienden, maar omringde zich ook met figuren met zeer dubieuze praktijken en onderwereldconnecties. Zijn simplistische uitspraken over de politiek werden door vele Amerikanen met enthousiasme ontvangen, maar het simpele wereldbeeld had ook duistere kanten.
 

Zijn eerste auto en de werkplaats aan Bagley Avenue.

Antisemitisme
Van bankiers en mensen op de beurs moest hij niets hebben. Geld moest verdiend worden met productie, niet met handel of speculatie. Vele uitlatingen en geschriften toonden zijn onverholen antisemitisme. Vlak voor de Tweede Wereldoorlog accepteerde hij een hoge Duitse onderscheiding, toegekend door Adolf Hitler. Ze hadden bewondering voor elkaar. Een paar jaar later was zijn bedrijf echter nauw betrokken bij de grootschalige productie van vliegtuigen voor het Amerikaanse leger in de strijd tegen de Duitsers. Ford maakte ook de Jeep, omdat de oorspronkelijke producent Willys Overland onvoldoende capaciteit had.
Henry Ford was een moraalridder, bestreed roken en drinken, propageerde gezond leven, vond het huwelijk waardevol maar had volgens sommige bronnen dertig jaar een buitenechtelijke relatie. Naar alle waarschijnlijkheid verwekte hij bij zijn minnares een tweede zoon. Officieel is dit nooit toegegeven.
Met zijn enige 'echte' zoon Edsel had hij een moeizame relatie. Hij benoemde hem tot president van het bedrijf, maar accepteerde zijn werkwijze en levensstijl niet. Edsels interesse voor vormgeving en kunst kon op zijn afkeuring rekenen. Zijn vroegtijdig overlijden aan kanker (in 1943, op 49-jarige leeftijd) is volgens sommigen beïnvloed door de grote spanningen tussen vader en zoon. Andere biografen bestrijden dit verband, maar dat de vader-zoon-relatie een ingewikkelde was, daarover is iedereen het eens.  
 

Een T-Ford en ervan afgeleide schoolbus van 1927.

historische opnamen van de productie van de T-Ford

Wereldroem
Henry Ford verwierf al tijdens zijn leven wereldroem en niet alleen met zijn auto's. In 1922 verscheen zijn autobiografie My Life and Work, waarin hij zijn opvattingen over massaproductie, consumentisme en economische groei uiteen zette. Het boek weerspiegelt het denken over werk en inkomen zoals dat nog altijd doorklinkt in het Amerika van nu. Zijn visie op de organisatie van werk werd als enige juiste naar voren gebracht, met de ontzagwekkende groei van het bedrijf als belangrijkste bewijsmateriaal.
Ford liet zich geregeld uit over maatschappelijke vraagstukken. Tijdens de Eerste Wereldoorlog probeerde hij met een bootreis de oorlog te beëindigen. Als overtuigd pacifist had hij geen goed woord over voor industrietakken die aan de oorlog wilden verdienen. De missie werd een fiasco. Dat gold ook voor zijn poging senator te worden.
 

Een verkleinde replica van de oude Ford-fabriek met reclamebord.

Verliezen
Op latere leeftijd leek hij de greep op het leven te verliezen. Ford was wereldwijd niet langer de enige massafabrikant van auto's. Voor industriële productie was meer organisatiekracht en -kennis nodig dan hij wilde toegeven. In het dagelijks leven hield hij zich meer bezig met het door hem gestichte openluchtmuseum dan met het bedrijf, echter zonder de macht af te staan. Criminele elementen kregen de vrije hand bij de leiding van het bedrijf. Na het overlijden van Edsel werd hij op hoge leeftijd weer president van het bedrijf, hoewel hij daartoe fysiek en mentaal niet meer in staat was. Hij was op het laatst een seniele man. Hij werd als excentriek en eigenwijs versleten. Bij zijn dood was van de glorie niet veel meer over, ondanks zijn grote betekenis voor de wereldorde. Niettemin liepen na zijn dood in 1947 tienduizenden Amerikanen uit om hem bij de rouwstoet een laatste eer te bewijzen. Het bedrijf dat hij achterliet was
organisatorisch en financieel een puinhoop. Het is aan zijn kleinzoon Henry Ford II te danken dat het concern overleefde. Met een van zijn opa geërfde volhardendheid maakte hij schoon schip, ontsloeg de criminele elementen en huurde topmanagers in. 
 


Boeken
Over Ford zijn talloze boeken geschreven. Het meest recente is Henry Ford - uitvinder van de moderne tijd van Richard Snow. Hierin ligt de nadruk vooral op de beginjaren van het bedrijf en de wijze waarop Ford zijn eigen weg uitstippelde. Al wat ouder is het in 2003 verschenen Wheels for the World, een zeer lijvig werk (bijna 900 pagina's) van Douglas Brinkley, uitgegeven rond het honderdjarig bestaan van het bedrijf. Dit goed geschreven en gedocumenteerde werk - met vele voetnoten die uitspraken en conclusies verantwoorden - gaat niet alleen in op het leven van Henry Ford I, maar behandelt ook de naoorlogse geschiedenis. Recenter is The People's Tycoon van de Amerikaanse hoogleraar geschiedenis Steven Watts. Het leven en de persoon van Henry Ford zijn met de geschiedenis van het Ford-imperium tot één geheel verweven. Op ruim 500 pagina's beschrijft de auteur de invloed van Ford op de (Amerikaanse) economie en samenleving vanuit een analyse van zijn persoon. Elk hoofdstuk zoomt in op een bepaald aspect, waarbij de chronologie in grote lijnen wordt aangehouden. Watts geeft zicht op de complexe veelzijdigheid van Fords persoonlijkheid. Het is een uitvoerig gedocumenteerd, doorwrocht maar goed leesbaar werk.
Nog altijd schitterend is de wat oudere biografie van de Britse journalist en biograaf Robert Lacey: The Men and the Machine. Lacey beschrijft net als Brinkley niet alleen het leven en werk van Henry Ford, maar ook hoe het zijn bedrijf verging na zijn dood. Hij sprak met veel betrokkenen en speurde in vele archieven. Zijn bevindingen zette hij uiterst leesbaar op papier. Het boek is de basis geweest van een korte televisieserie over Ford. De Nederlandse vertaling verscheen kort voor de dood van Henry Ford II. Inmiddels is het werk alleen nog tweedehands te verkrijgen.
 


Life and Work
En dan is er het werk van de man zelf. Hoewel soms naar huidige begrippen wat langdradig, biedt de autobiografie My Life and Work uit 1922 een mooi inzicht in de denkwereld van Henry Ford. Zijn beweringen zijn uitgesproken, logisch, maar ook wel heel simplistisch. Met zijn verzet tegen het communisme - vijf jaar na de Russische revolutie - als onverenigbaar met een florerend bedrijfsleven heeft hij gelijk gekregen. Op zijn visie op de verenigbaarheid van industriële productie met natuurbehoud en behoud van hulpbronnen is wel wat af te dingen. Zijn grenzeloos optimisme dat nieuwe ontdekkingen en technologieën alle maatschappelijke problemen kunnen oplossen, klinkt nog altijd door in de Amerikaanse samenleving. 
Ford was duidelijk meer dan een industrieel als vele anderen. Ford is een andere autobouwer dan de andere mannen die hun naam aan hun product gaven. De boeken over zijn leven laten maar één conclusie toe: hij was een verhaal apart.

 

Henry Ford
uitvinder van de moderne tijd

Richard Snow
Uitg. Veen, 2016
ISBN 9789085715054

The People's Tycoon:
Henry Ford and the American Century

Steven Watts
Uitg. Alfred A. Knopf, 2005
ISBN 0375407359 (hardcover) en
0375707255 (paperback)

Wheels for the World
Douglas G. Brinkley 
Uitg. Penguin Books (pocketversie), 2004
ISBN  978-0142004395

The Men and the Machine

Robert Lacey
Uitg. McClelland & Stewart, 1986
ISBN 0771045824 (US-versie)
en 9032805614 (Ned. vertaling)

My Life and Work
Henry Ford en Samuel Crowther
Oorspronkelijk uitgegeven in 1922
Herdrukken bij vele uitgeverijen