Ford-Werke
Köln
Keulen (D)
●
Geschiedenis van Ford-Duitsland
●
Recente jubilea
●
Grootste vestiging buiten Amerika
●
Foto's van naoorlogse modellen
●
Rondleiding door de fabriek
april 2010, aanvulling mei 2010
Feest in Keulen
Het jaar 2010 is nauwelijks twee maanden oud
als bij Ford in Keulen al twee keer feest is gevierd. In deze donkere tijden voor de mondiale auto-industrie
is dat een bijzonderheid. Beide festiviteiten hebben betrekking op mijlpalen.
Ze vormen een mooie aanleiding om de fabriek en haar historie eens nader onder de
loep te nemen en naar Keulen af te reizen.
 |
Op het dak van het oude hoofdgebouw
van de Ford-fabriek in Keulen wapperen drie vlaggen: die van het merk,
geflankeerd door de nationale kleuren van Duitsland en de Verenigde Staten.
Duidelijker kan het niet. De bijna tachtigjarige fabriek is een belangrijk
onderdeel van de Duitse auto-industrie maar blijft onlosmakelijk verbonden met
de Amerikaanse moeder. Die vervlechting komt nog eens duidelijk naar voren op 5
februari van dit jaar. In de eindmontagehal is de hoogste baas van Ford Europa de
gastheer van de Duitse minister van Economische
Zaken, de plaatsvervangend minister-president van de deelstaat Nordrhein-Westfalen en de burgemeester van Keulen.
Ze zijn gekomen om de productie van de veertigmiljoenste Duitse Ford te vieren.
Topman John
Fleming neemt de gelegenheid te baat het belang van het bedrijf voor het
wereldwijde Ford-concern te onderstrepen. Buiten Amerika is Ford Keulen de
grootste vestiging. Er worden niet alleen auto's gemaakt, maar ook ontworpen en
ontwikkeld. Verder zetelt hier
sinds 1998 het Europese
hoofdkwartier van het merk. Ford Europa is actief in vijftig landen, van Albanië
tot Oezbekistan. Ooit waren er in
Europa verschillende, los van elkaar opererende fabrieken met elk hun eigen
modellen. Dat is al lang verleden tijd. De Franse tak is in de jaren vijftig verkocht en
in de jaren zeventig kwam de integratie van de Britse en Duitse
dochterondernemingen tot stand. Het is tekenend voor het verval van de Britse
industrie dat het Europese bruggenhoofd in Duitsland kwam. Op 5 februari wordt
een uitspraak van Henry Ford zelf
nog even aangehaald. Bij het leggen van de eerste steen voor de fabriek
in 1930, voorspelde hij: “The Germans will make a good job”.
 |
 |
Al twee keer feest in 2010
vanwege jubilea: de 40-miljoenste Duitse Ford en de halfmiljoenste nieuwe Fiesta.
In Keulen is ook het
designcentrum gevestigd. Hier het conceptmodel Iosis.
Van tekening via kleimodel tot
conceptcar, om tentoongesteld te worden op autoshows om de smaak van het publiek
te peilen.
Miljoen
Tot de Duitse Ford-fabriek behoren ook de vestigingen in Saarlouis (Saarland)
en Genk in België. In totaliteit werken er 29.000 mensen. Jaarlijks produceert
het bedrijf één miljoen auto's. Tachtig procent daarvan is bestemd voor de
export, zelfs naar verre oorden als Japan, Australië, Nieuw Zeeland en
Zuid-Afrika. De omzet in 2008 bedroeg bijna twintig miljard euro.
In Keulen-Niehl, ons reisdoel, zijn zo'n 17.000 werknemers van vijftig nationaliteiten
actief.
De afgelopen tien jaar investeerde Ford meer dan 4,35 miljard euro in aanpassing en
modernisering van
de fabriek. Dat heeft geleid tot een verdere stijging van de productiviteit. Het
bedrijf behoort op dit vlak tot de Europese top.
De trots op het bereikte resultaat werd eerder dit jaar op 12 januari nog eens
onderstreept. Op feestelijke wijze werd gevierd dat de halfmiljoenste Ford Fiesta van het nieuwste model de fabriekspoort
verliet. In sombere tijden moet je elke vreugdevolle
situatie aangrijpen! Feest is ook een mooie
gelegenheid om even terug te kijken.
 |
 |
De Ford-fabriek in Berlijn. Met
het assembleren van de T-Ford begon de productie van Ford in Duitsland.
De eerste modellen in Duitsland:
de modellen T en A.
Verkoopkantoor
De Duitse tak van het Amerikaanse Ford ontstaat eind 1924 als Ford een
verkoopkantoor in Berlijn vestigt. De eerste activiteit is de invoer van
tractoren. Als het importverbod van personenauto's komt te vervallen, gaat Henry
Ford zijn succesvolle Model T ook in Duitsland aan de man brengen. In Berlijn
komt een assemblagebedrijf. Uit Amerika komen de onderdelen in kratten aan. Na
de T volgen het model A en de V8. De eerste jaren zijn niet in alle opzichten
succesvol. Het bedrijf komt moeizaam op gang. Dat leidt tot een reorganisatie
waardoor de Duitse vestiging in 1928 onderdeel wordt van Ford of Britain. (In
1934 wordt deze band weer doorgesneden en is er een rechtstreekse
lijn naar Amerika. In de Raad van Bestuur zitten dan Amerikanen, Britten en
Duitsers. In 1938 komt de Raad in deze samenstelling voor het laatst bijeen.
Hoewel Hitler Ford Duitsland als een vijandig buitenlands bedrijf ziet en Henry
Ford afkerig is van oorlogsproductie, levert Ford vanaf 1938 trucks aan het
Derde Rijk. Ze worden ingezet voor de invasie en bezetting van Tsjechoslowakije.)
 |
 |
Henry Ford bij de
eerstesteenlegging voor de fabriek in Keulen op 2 oktober 1930.
Fabriek
Ford besluit tot een eigen fabriek in Duitsland als aartsrivaal General Motors eind jaren twintig Opel
inlijft. De fabriek komt niet in Berlijn, maar aan de oever van de Rijn bij Keulen-Niehl.
Vestiging aan een rivier is een vereiste voor een goede aan- en afvoer.
Henry Ford komt zelf naar Europa voor het leggen van de eerste steen, in
aanwezigheid van burgemeester Konrad Adenauer. Vanaf 1931 lopen
hier de Duitse Fords van de band. Aanvankelijk zijn het de Amerikaanse modellen,
zij het dat sommige uitvoeringen een Duits koetswerk krijgen. Om tegemoet te
komen aan de Europese wensen, ontwikkelt Ford Engeland het model Y. De Duitsers
nemen het ontwerp over en brengen de auto als Ford Köln aan de man. Het is
echter geen succes. De opvolger doet het beter. Ook deze Ford Eifel is in
Engeland ontwikkeld. Tot aan de Tweede Wereldoorlog worden er 61.000 van gemaakt.
Het marktaandeel van Ford tussen 1932 en 1937 varieert van 4 tot 9
procent. In 1938 maakt Opel 40% van de Duitse personenwagens, DKW 15% en Ford 11%.
Duitsland is op dat moment de derde autoproducerende natie ter wereld, na de
Verenigde Staten en Groot Brittanië.
 |
 |
De fabriek in Keulen,
nadrukkelijk aan het water gelegen, een eis van Henry Ford.
De situatie in 2010. Aan de
overzijde een fabriek van Bayer. Op de Rijnoever geven (verouderde) bordjes
tekst en uitleg.
Links het weinig succesvolle
model Köln, rechts de veel beter verkopende Eifel.
Ford Eifel in een exclusieve
cabrioletuitvoering van 1934.
De Ford Taunus met bijnaam
Buckel-Taunus verscheen aan de vooravond van de oorlog, in 1939.
Eigen model
Aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog presenteert Ford het eerste eigen model, de Taunus.
Een legende is geboren. De typenaam zal
tientallen jaren op vele modelseries prijken. Door het uitbreken van de oorlog stopt de productie
al spoedig. Tussen 1939 en 1945 legt Ford zich toe op het maken van vrachtwagens
voor het Duitse leger. Exacte getallen zijn niet bekend, maar het zijn er tussen
de 87.000 en 92.000 geweest. Dat is ongeveer een derde van de Duitse
vrachtwagenproductie in die periode. Daarbij maakt men ook gebruik van honderden
krijgsgevangen die als dwangarbeiders te werk worden gesteld. In de laatste
oorlogsjaren brengt men 65 gevangen uit het concentratiekamp Buchenwald over
naar Keulen.
Hoewel Keulen meermalen wordt gebombardeerd, is aan het eind van de oorlog de schade aan de fabriek
beperkt. Al op 8 mei 1945 komt de eerste naoorlogse vrachtwagen gereed, bestemd
voor het Amerikaanse en Britse leger in Duitsland. Aanvankelijk valt het bedrijf
onder Brits militair gezag. Dat draagt de leiding over aan een nieuwe directie
als na een zuivering alle nazi-elementen uit
topposities in de Duitse samenleving zijn verdwenen. De
onteigening die Hitler in 1942 had afgekondigd, wordt teruggedraaid. Ford
Amerika is dan weer de grootste aandeelhouder. In 1948 start de productie
van de Taunus. De auto is vrijwel ongewijzigd ten opzichte van het model van
voor de oorlog.
In het eerste jaar is het aantal beperkt, 182. In 1949 komen er 11.109 auto's uit
de fabriek.
 |
 |
Een Ford-truck geproduceerd
tijdens de oorlog (links) en in gebruik bij het Duitse leger (rechts).
Hoewel het er dramatisch uitziet,
is de oorlogsschade relatief beperkt. Al op 8 mei 1945 wordt de productie
hervat.
Het produceren van
vrachtwagens markeert de naoorlogse herstart.
Taunus 12M
Het eerste nieuwe ontwerp verschijnt in 1952, de Ford Taunus 12M. Het
model is grotendeels in de ontwerpstudio's van Ford Amerika ontstaan. De
Duitsers veranderen enkele details, met name aan de voorkant. Ze voegen een
bijzonder herkenningsteken toe: de halve wereldbol
boven de gedeelde grille. Als bijnaam krijgt de wagen al snel de aanduiding "Weltkugel".
Op 4 januari 1952 rolt de eerste auto uit de fabriek in Keulen. Drie jaar later is de auto ook leverbaar met een nieuw
ontwikkelde anderhalve liter motor met als logische aanduiding 15M. De M-serie
(waarbij de M voor Meisterstück staat)
breidt zich in de loop der jaren uit met de 17M, 20M en de super de luxe 26M. In
1971 komt een eind aan de M-serie en feitelijk aan de typisch Duitse Fords. De
naam Taunus leeft nog voort tot 1982, op het laatst als tweelingmodel van de
Britse Cortina.
Naast de personenwagens komt voor de zakelijke markt al snel de Transit-bestelwagen.
Aanvankelijk bedoeld om het de Volkswagen Transporter moeilijk te maken, lukt
dat echter pas bij de komst van de tweede generatie, medio jaren zestig. De
fabriek draait intussen goed. Al in 1958 overschrijdt de jaarproductie het
aantal van 100.000 auto’s. Zeven jaar later zijn het er
meer dan een half miljoen. In 1999 viert men de 30 miljoenste Ford.
 |
Een bijzondere verlengde Ford
Taunus uit 1950 in een toepasselijke straat.
De 12M "Weltkugel" was een
groot succes.
De exclusieve cabriolet werd gemaakt door carrosseriebedrijf Deutsch uit
Keulen.
De krachtiger versie heette 15M.
Een 15M Super-de-luxe met veel
chroom en een opvallende grille.
Het FK-bestelbusje, later Transit
genaamd, met rechts een kampeerwagenversie.
Taunus 17M: links model P2 van
1957, rechts de P3 van 1961, vanwege de ronde vormen bijgenaamd "Die Badewanne".
De stationcar-versies van beide auto's.
Productie van de Taunus 17M in
1965 en van de
12M in 1968.
Een Taunus 12M (model P4) en 15M
(model P6) als stationcar, Turnier genaamd, van begin en eind jaren zestig.
De Rijnbrug en de Dom werden vaak
gekozen als achtergrond voor promotiefoto's, zoals bij deze 17M/20M (model P5).
Foto's uit de brochures van model P6, de
15M. Links de tweedeurs, rechts de coupé.
Brochurefoto's van model P7b.
Links de 20M en 26M, rechts de sportieve RS-versies.
De eerste Escort werd in Engeland
ontworpen, de opvolger was een product van het Duitse ontwerpteam.
Uiterlijk was de Capri een echte
Europese Ford, hoewel de Britten en Duitsers ze van andere motoren voorzagen.
De allerlaatste Capri kwam in
oktober 1986 in Keulen van de band.
Voor de grote modellen gebruikte
men eerst nog de Britse aanduiding Consul, later werd die geschrapt en bleef
alleen Granada over.
De latere Taunus-generaties
droegen nog hun eigen naam, maar werden samen met de Britten ontwikkeld.
Links de Escort van 1984, rechts
het model van 1995.
De Sierra heeft een 'neutrale'
achtergond, bij de Scorpio komt Keulen nog eenmaal in beeld.
Eén organisatie
Het samenvoegen van de Europese Ford-bedrijven tot één organisatie betekent
het einde van de afzonderlijke modellen van de fabrieken in Duitsland en
Engeland (zie ook ►
historie van Ford Engeland). Langzaam maar
zeker groeien de productprogramma's naar elkaar toe om daarna te integreren.
De Escort en Capri
zijn de eerste pan-Europese modellen, waarbij de eerste Escort nog duidelijk
trekjes heeft van het Britse ontwerpteam, terwijl de tweede een Duitse
uitstraling heeft. Bij de Capri hebben de Duitse en Britse versies nog
verschillende motoren.
Lange tijd bestaan de Taunus en Cortina nog naast elkaar. Ze worden
gemeenschappelijk ontwikkeld en delen technische componenten. In het begin zijn
er uiterlijke verschillen, bij latere modellen zijn alleen de naamplaatjes en
uitvoeringen nog onderscheidend. In 1982 verdwijnen beide namen om plaats te maken voor de
vooruitstrevende Sierra, die overigens door de Britse klanten veel minder wordt
gewaardeerd dan in Duitsland.
 |
 |
Links de eerste generatie Fiesta
(1976-1983), rechts de tweede (1983-1988) die op de eerdere vormgeving voortborduurde.
In 1989 werd het model geheel
herzien; in verschillende varianten bleef de auto tot 1996 in productie.
De daarop volgende generatie werd
geproduceerd tussen 1996 en 2002, met tussendoor een fikse facelift.
De voorlaatste modelserie (links)
en het huidige model van de Fiesta.
Fiesta
Vandaag de dag spreken we over
wereldauto's. Dat geldt ook voor het model dat in Keulen wordt gemaakt, de Fiesta. We hebben het dan over de zesde generatie sinds de komst van het model
in 1976. Twaalf miljoen auto's hebben sindsdien deze typenaam opgeplakt
gekregen. Destijds werd voor het maken van het nieuwe type een fabriek in Spanje
neergezet. Nog altijd loopt daar de Fiesta van de band. De auto is inmiddels niet alleen in Europa te koop, maar ook in Noord- en
Zuid-Amerika, Afrika, Azië en Australië. Het nieuwste model kwam in 2008 op de
markt.
In september 2007 konden bezoekers aan de autotentoonstelling van Frankfurt
alvast wennen aan de nieuwe vormgevingskarakteristieken bij de de conceptcar Ford Verve.
Er is duidelijk afstand genomen van eerdere, nette, maar ook wat saaie
modellen. De festiviteiten van januari onderstrepen dat de klant de nieuwe stijl
waardeert. Voor Ford doet de Fiesta in economisch opzicht zijn naam eer aan: het
is een feest. Iedere werkdag komen er bijna 1900 auto's uit de fabriek in
Keulen. In 2009 waren dat er in totaal zo'n 350.000. De productie in het Spaanse Valencia bedraagt
ongeveer de helft van die in Keulen.
Het succes is een mooie aanleiding om het maken van de auto eens van dichtbij te
gaan bekijken.
 |
 |
Het reclamebord naast de
fabriekspoort laat geen onduidelijkheid toe.
Tor 3
Op 9 april melden we ons bij Tor 3 van de fabriek. Vanaf Düsseldorf
in het noorden is het complex
gemakkelijk te bereiken. Een groot reclamebord voor de Ford Fiesta bij de poort
maakt duidelijk waar het hier om draait. Voor de portier kunnen Hollandse gasten
niet meer stuk nadat Arjen Robbe afgelopen week Bayern München ten koste van
Manchester United naar de halve finale van de Champions League hielp. De
ontvangst is meteen een stuk informeler als je ook wat van voetballen weet…
Bij het Treffpunkt, direct voorbij de poort, staat het ‘treintje’ waarmee de
gasten worden rondgeleid. Middelbare scholieren, een groep van een lokale
brandweer, een opa met zijn kleinzoon en nog wat loslopende belangstellenden
willen op deze vrijdagmiddag wel eens zien hoe zo’n Ford Fiesta tot stand komt.
We sluiten ons bij de groep aan.
Links: het treintje voor de
rondleidingen. Rechts: versnellingsbakkenfabrikant Getrag huist ook op het
terrein.
Treintje
Iedere autofabriek organiseert rondleidingen op een eigen manier. Waar je
bijvoorbeeld bij Audi en Mini met een gids dwars door de fabrieken loopt en bij
Opel en BMW speciale uitzichtplatforms zijn aangelegd, kiest Ford net als
Volkswagen voor een rit in het treintje over het terrein en door de fabrieken.
Als de gids de veiligheidsbrillen heeft uitgedeeld, kan de reis beginnen. Het is
een volstrekt overbodige veiligheidsvoorziening, maar in een fabriek met vonken
moet iedereen nu eenmaal een bril op.
Op weg
naar het ontvangstcentrum zien we langs de kant van de weg de kratten met
behuizingen voor versnellingsbakken. De toeleverancier heeft ze afgeleverd. In
het geval van versnellingsbakken zit de leverancier op het complex zelf. In 2001
hebben Ford en Getrag een joint venture opgericht voor het maken van dergelijke
componenten.
Op de parkeerplaatsen op het terrein staan uitsluitend Fords. De meeste hebben
een kenteken dat begint met de letters K-QE. Ze zijn van medewerkers die een
auto van de zaak hebben. Ze zijn verplicht een Ford te nemen. Op de
parkeerplaatsen buiten het hek staan de auto’s van de werknemers die ‘m zelf
moeten betalen. De loyaliteit aan het product van de werkgever is groot, maar
niet absoluut. Tussen de Fords staan ook andere merken.
 |
 |
Een replica van Fords eerste auto
en een bijzondere T-Ford in het ontvangstcentrum.
Ontvangstcentrum
De rondleiding begint met een film in het ontvangstcentrum, een zaal in een
fabriekshal. Met zwarte wanden en gekleurd licht is geprobeerd wat sfeer te
scheppen. Dat is maar zeer gedeeltelijk gelukt. Op de gevel van het pand hangt
een bord dat suggereert dat er een collectie klassiekers te zien is. Dat valt
tegen. Binnen staan slechts een replica van Fords eerste auto, de Quadricycle,
een T-Ford, Escort, Taunus 17M en Poema. Een hedendaagse Mustang, om de band met
Amerika te accentueren, completeert het rijtje. De gepresenteerde film is zowel
inhoudelijk als technisch van slechte kwaliteit. Gehinderd door van buiten
invallend licht, onverstaanbare passages en schokkerige beelden komt de historie
van Ford Keulen nauwelijks over het voetlicht. De beelden van de fabriek tonen
het oude model Fiesta. Er wordt nog gesproken over een productietotaal van 32
miljoen, terwijl we juist dit jaar de veertigmiljoenste vierden. Dit is bepaald
geen goede PR om mensen te enthousiasmeren voor je merk! Dat doen ze bij
concurrent Opel in Rüsselsheim heel wat beter. De gastvrije ontvangst met
koffie, thee of limonade en de aanwezige brochures van de allernieuwste modellen
maken dat niet goed.
 |
 |
De Taunus 17M als één van de
klassiekers uit de historie van Ford Duitsland.
De Escort en
Mustang symboliseren de binding tussen Europa en Amerika.
Productieproces
De goedmaker volgt later, als de gids de trein door interessante delen van
het productieproces leidt en af en toe stilzet. Ook hier echter een punt van
kritiek: zijn commentaar is vaak onhoorbaar. Dat geldt zeker in de pershal en bij de ruwbouw. Het beeld is er niet minder
indrukwekkend door. De gigantische persen zijn oud, maar voortdurend aangepast.
Er staan er acht op een rij. Robots pakken de geperste onderdelen vliegensvlug
uit de pers om ze in de volgende te leggen voor een vervolgbewerking. Vrijwel
volautomatisch veranderen stukken plaatstaal zo in gebruiksklare onderdelen. Aan de ene kant van
de fabriek liggen de twintig ton zware rollen staal, aan de andere kant de
bakken met producten. Er worden niet alleen componenten geperst voor de Fiesta
en Fusion die hier in Keulen worden gemaakt, maar ook voor andere modellen.
(Ford maakt de Mondeo, S-Max en Galaxy in Genk, de Focus en C-Max in Saarlouis,
de Ka in Polen en de Transit/Tourneo Connect in Turkije).
 |
 |
Het lassen van de 500 onderdelen tot
een koetswerk: werk voor de robots.
Zes robots kunnen tegelijkertijd
werken en doen dat met uiterste nauwkeurigheid, Fiesta's en Fusions door elkaar
heen.
Robots monteren ook samengestelde onderdelen
als deuren en achterklep.
Links de montage van de motorkap.
Beetje bij beetje begint het werk
op een auto te lijken.
Twee taken
In de pershallen hebben de medewerkers slechts twee taken: controleren of
alles goed gaat en
het in kratten en kisten stoppen van de onderdelen. Dat laatste is nou niet de
baan met de meeste uitdaging.
Bij de ruwbouw is de menselijke arbeid
beperkt tot bewaking van het proces. De hal staat propvol robots. Geen halve vierkante meter is
ongebruikt. Uit vijfhonderd losse onderdelen ontstaat de basis van de auto. De
Duitse Kuka- en Italiaanse Comau-robots lassen, lijmen, klinken en controleren.
Ze laten de onderdelen rakelings langs machines en stellages zwiepen. Je
verwacht telkens een klap, maar die komt natuurlijk niet. Het aan elkaar lassen
van onderplaat, zijkanten en dak gebeurt door zes robots die gelijktijdig aan
het werk zijn. In minder dan een minuut is de klus geklaard. Daar kan geen mens
tegenop, concludeert de gids terecht. Op de band staan de drie- en vijfdeurs Fiesta en de Fusion door elkaar
heen. Via de streepjescode op iedere auto weet de robot precies wat er te doen
staat. Het maken van motorkappen en achterkleppen
voor de onderscheidende modellen gebeurt wel apart.
Het Nederlandse hart gaat wat sneller kloppen als blijkt dat het Bredase VDL
Steelweld verschillende robotstraten heeft ingericht.
 |
 |
In Keulen maakt men de Fiesta en
zijn ruimtevariant, de Fusion.
Beide modellen worden door elkaar
heen op dezelfde band gemaakt.
Voorbereiding voor het lakproces
met beschermende was op roestgevoelige plekken.
Waar de mens nog een plek heeft,
is bescherming uiteraard noodzakelijk.
Het lakken van de carrosserie
gebeurt automatisch met op water gebaseerde, milieuvriendelijke lakken.
Hoofdrol
Bij de montage speelt de mens weer de hoofdrol. Hier zijn
alleen robots ter ondersteuning aanwezig, al rukt de mechanische mens wel steeds
meer op.
Het eindmontagewerk wordt gedaan door groepen van zes
medewerkers. Ze zijn als groep verantwoordelijk voor hun taak. Er
wordt in drie ploegen gewerkt, van maandag- tot en met zaterdagmorgen. Allerlei
voorzieningen veraangenamen de arbeidsomstandigheden. De koetswerken gaan omhoog
en omlaag als dat het werken vergemakkelijkt en een goede lichaamshouding
bevordert. Voor werkers aan het interieur zijn er ‘zwevende stoelen’.
Steeds vaker leveren de toeleveranciers complete modules af. De gehele voor- en
achterzijde arriveren als één stuk bij de band. Ook het dashboard is één geheel.
De robot plaatst het in enkele tellen. Motor, onderstel, wielophanging en uitlaat zijn al
samengebracht
op het moment van die Hochzeit, de verbintenis tussen techniek en koetswerk.
Die handeling is volledig geautomatiseerd. Er komt geen mensenhand meer aan te
pas.
 |
 |
Bij de montage is nog altijd veel
menskracht vereist. Speciale hulpmiddelen moeten het werk vergemakkelijken.
Waar werknemers vroeger hele
dagen moesten staan, gebeurt het werk nu zittend.
Het plaatsen van het complete
instrumentenpaneel is weer uitbesteed aan de robot.
Voorbereidingen voor het monteren
van de voor- en achterruiten.
Robots plaatsen de ruiten met een
precisie waar geen mens tegenop kan.
De motoren worden klaargemaakt
voor montage in de koetswerken.
Robots voeren 'het huwelijk'
volautomatisch uit. Daarna volgt montage van het complete front.
Ondanks alle automatisering is de mens in
de auto-industrie nog altijd onvervangbaar. Er wordt veel gedaan aan scholing.
Rechts stuur
Achttien procent van de auto’s op de band heeft een rechts stuur, bedoeld
voor landen met links verkeer. We zien varianten die bij ons onbekend zijn, zoals een tot
bestelwagen omgebouwde driedeurs met rechts stuur. Aan de linkerkant zit normaal
glas, rechts is de achterzijruit geblindeerd. Opvallend zijn de vele verschillende soorten
velgen en de bonte stoet aan kleuren, zowel aan binnen- als buitenkant. Tijdens
de fabrieksbezoeken bij
Opel, BMW, Audi en Mercedes waren zwart- en grijstinten dominant. De Fiesta-klanten
kiezen massaal ook voor knalrood, donkerrood, helblauw, donkerblauw, wit of een
opvallend groene tint. Het dashboard is bijpassend of juist contrasterend.
Als laatste onderdeel van het productieproces is er het vullen met vloeistoffen.
Dan volgt de eindcontrole en de douche, om te kijken of de auto echt helemaal
waterdicht is. Iedere 34 seconden is er een nieuwe Fiesta of Fusion klaar. Na een korte
rit op de testbaan neemt de afdeling logistiek het over om het vervoer naar de
klant te regelen. Tussen de 80 en 90% gaat op de boot. De capaciteit van het
grootste schip is zo’n 800 auto's. De
rest krijgt een plaats op de autotransporter.
Henry Ford heeft een eeuw geleden de stoot gegeven voor de ontwikkeling van de
massamotorisering. In een tijd dat nog niemand daarover dacht, sprak hij over
honderdduizenden en zelfs miljoenen auto’s per jaar. Toen hij het ook nog eens
ging realiseren, was dat wereldnieuws. Dergelijke aantallen zijn al lang geen
bijzonderheid meer. Alleen markante momenten krijgen aandacht. Dat zorgt af en
toe voor feest in Keulen.
■
 |
 |
De eindfase is in zicht: een
nieuwe Fiesta is bijna gereed.
Montage van de wielen, vandaag de
dag voor elk type een ander soort (lichtmetalen) velg.
De duizenden onderdelen zijn
inmiddels bij elkaar gebracht tot een eigenstandige auto die zijn naam krijgt
opgeplakt.
Als één van de laatste
handelingen voor de eindcontrole worden de deuren gemonteerd.
Een Fiesta en Fusion gereed om getest te
worden voordat de auto de fabriek verlaat.
Links de laatste controle op lekkages
en rechts een korte rit op de testbaan.
Dergelijke wegen zijn er niet
veel meer, maar de auto moet er tegen kunnen.
Nieuwe auto's wachten op vervoer
naar klanten in binnen- en buitenland.
Voor het transport wordt gebruik
gemaakt van autotransporters...
...of van grote schepen voor
vervoer op grotere afstand.
Van plaatstaal tot complete auto:
dagelijks maakt Ford in Keulen bijna 2000 auto's.
Promotiefoto's voor het driedeurs
model en de vijfdeurs. De auto op de rechter foto heeft een nummerbord uit
Keulen.
De in Nederland niet leverbare
Ford Fiesta Van loopt in Keulen ook van de band.
Alle fabrieksfoto's: Ford-Werke
GmbH/Friedrich Stark
Het houdt niet op met de
jubileumfestiviteiten in Keulen. Begin mei liep de zesmiljoenste hier
geproduceerde Fiesta van de band. In 1979 startte Ford de productie van dit
model in Keulen. De jubileumauto is gewoon voor de verkoop bestemd en blijft in
Duitsland. De zesmiljoenste was weer een mooie aanleiding voor de nodige
publiciteit en om die te ondersteunen werden de eerste en de jongste Fiesta naar
de voet van de brug gereden om met de Dom vereeuwigd te worden. Een mooi plaatje
van de eerste Fiesta met op de achtergrond de beroemde T-Ford completeert het
geheel.
|