Visscher Classique
Buren (NL)
●
Nieuw automuseum
●
Nadruk op Franse merken
●
Veel aandacht voor Simca
●
Ook naoorlogse Opels
●
Twee unieke Peugeot-prototypen
deel 1: september 2022
deel 2: december 2022
1.
Automuseum als nieuw levenswerk
Als alles volgens plan verloopt, kan het publiek dit najaar kennismaken met een
nieuw Nederlands automuseum in het Gelderse Buren, bij Geldermalsen. De kern
daarvan vormt de collectie auto’s van Henk Visscher, voormalig eigenaar van
een groep autobedrijven. Op het plaatselijk bedrijventerrein heeft hij een pand
speciaal voor dit doel laten aanpassen. De nadruk ligt op Franse merken,
waaronder Simca. Leden van de Contactgroep Automobiel- en Motorrijwiel Historie
(Conam) kregen de gelegenheid bij wijze van voorproefje alvast een kijkje te
nemen.
 |
De officiële ingang is nog niet helemaal af. We gaan naar binnen via een van de
grote garagedeuren. Aan de ruimte waar Visscher ons met koffie ontvangt, is
afgelopen tijd hard gewerkt. De wanden en het platfond zijn al klaar. Aan de
muur bij de toekomstige ingang hangen papieren met foto’s en tekeningen die
aangeven hoe het er binnenkort uit zal zien. Er komt een geïllustreerde tijdlijn
die de ontwikkeling van de auto uitbeeldt. Nog een paar maanden en dan kan
Bovag-voorzitter Han ten Broeke de officiële opening verrichten. Het nieuwe
museum is een combinatie van hobby en ondernemerschap. Bij Visscher zijn die
begrippen niet te scheiden. Vele jaren gaf hij leiding aan een groep
autobedrijven, met op het laatst acht vestigingen.
Rechts:
een impressie hoe de ingang er straks uit gaat zien.
Voor de
Conam-leden staat de grote garagedeur open.
43 jaar autohandel
‘Twee jaar geleden, op een terras in Italië, ging de knop om’, vertelt hij. Bij
een goed glas wijn besloot hij zijn bedrijven van de hand te doen en zijn leven
anders in te richten. Geboren in 1957 kwam een vorm van pensionering in zicht,
maar een inactief leven past hem niet. Op 1 augustus vorig jaar werd de verkoop
van de dealerbedrijven beklonken. Dit jaar ging het schadeherstelbedrijf over op
een andere eigenaar. Het was de afronding van een periode van 43 jaar in de
autohandel. Bij de verkoop vonden zijn meer dan 200 werknemers een goed nieuw
onderdak. Dat was voor Visscher voorwaarde, een overtuiging gestoeld op een
christelijke opvoeding. Na het afstoten van de autohandel heeft hij nu alle
tijd om zich te richten op een nieuw project, een mooi onderkomen voor
zijn collectie van zo’n honderd auto’s. In twintig jaar heeft hij die
bijeengebracht.
Henk
Visscher vertelt over de totstandkoming van zijn museum. Rechts een oude
advertentie van zijn bedrijf.
Decoratieve elementen
als restanten van het oude dealerschap.
Franse connectie
‘Op zijn veertigste begon hij de schoonheid daarvan in te zien en is hij ze gaan
verzamelen’, meldt de website van het aanstaande museum. De eerste klassieker
was een Peugeot 404. De liefde voor Franse merken is geen toevalligheid. Zijn
vader ging in 1961 Simca’s verkopen. In 1988 werd het familiebedrijf
Peugeot-dealer. De Franse connectie is dus geworteld in een ver verleden.
Visscher komt graag in Frankrijk. Hij weerspreekt het negatieve stereotiepe
beeld van het land en zijn inwoners. ‘Als je je gedraagt als een goede gast, heb
je het er leuk’, zegt hij op basis van een langjarige ervaring.
Al tijdens zijn
jeugd raakte hij in de ban van auto’s. Vanaf zijn tiende hielp hij mee in de
zaak. Op zijn twintigste werd het zijn broodwinning. Samen met zijn broers
bouwde hij het bedrijf van zijn vader verder uit. Werk en passie vloeiden in
elkaar over.
Peugeots van vele decennia: een 407 coupé naast een 203 cabriolet.
2200 vierkante meter
Op zoek naar een mooie locatie voor de presentatie van zijn collectie kwam
Visscher terecht op het bedrijventerrein van Buren. Hij vond een pand dat groot
genoeg is voor zijn verzameling klassiekers en young timers, van een Citroen
B14 Torpedo uit 1927 tot de Peugeot 407 coupé 3.0 uit 2010. Het vloeroppervlak
meet 2200 vierkante meter. In het complex heeft ook ‘de Snoekfabriek’ onderdak
gevonden, een werkplaats gespecialiseerd in onderhoud van de Citroën BX en
verkoop van onderdelen van dat type. Een ietwat vreemde naam, want je verwacht
er DS’en aan te treffen. Verder is er ruimte voor de ‘Johan van der Zand
heritage’, de verbeelding van de historie van het gelijknamige takel- en
bergingsbedrijf uit Buren. Naast dit alles zijn er bijzondere Renaults van broer Chris te
zien en een mooie (beperkte) collectie oudere Opels van een zakelijke compagnon.
Visscher heeft zelf niets met het Duitse merk, maar sinds Opel en Peugeot met
elkaar in één concern zitten, sluiten de collecties mooi op elkaar aan.
 |
Met
2200 vierkante meter is er ruimte voor veel auto's.
Maar
die ruimte is snel gevuld met een omvangrijke collectie.
Naast
de Franse merken is er een kleine Opel-collectie.
Verhuur van klassiekers
Een rasondernemer ziet in een hobby ook een business case, zoals hij het
zelf noemt. Zijn nieuwe
onderneming heet Visscher Classique, met het museum als belangrijk onderdeel.
Naast de entreegelden, vormt de verhuur van klassiekers een inkomstenbron.
‘Beleef het rijden zoals vroeger’, prijst de website deze activiteit aan. ‘Wij
hebben old- en youngtimers die u kunt huren voor bijvoorbeeld een trouwerij, dag
of weekend weg, gala, photoshoot of bedrijfsuitje. Alle auto’s verkeren in een
goede staat.’ Voor bijvoorbeeld een Simca Aronde P60 Monaco Spéciale betaal je
driehonderd euro per dag. Een aantal auto's is ook te koop. Andere inkomsten komen uit de verkoop van oude
autobrochures. Daarnaast richt het bedrijf zich op zakelijke bijeenkomsten en
manifestaties van clubs van autoliefhebbers. Om het project betaalbaar te
houden, werkt Visscher met dertig vrijwilligers. Zijn broer komt elke week om de
auto’s te poetsen. De collectie groeit nog steeds. Een van de nieuwste
aanwinsten is een Simca 1200S Coupé, een cadeautje voor zijn 65e verjaardag,
eerder dit jaar. Er staan nog wel meer modellen op zijn wensenlijstje, maar als
ervaren autohandelaar weet hij dat je soms de verleiding moet weerstaan bij een
aanbod waarvan de vraagprijs ver boven de waarde ligt.
 |
Verjaardagscadeautje voor Henks 65ste verjaardag: Simca 1200S Coupé,
naast een 1100 TI.
Kaal, slecht en onveilig
Bij veel toekomstige bezoekers zullen nostalgische gevoelens boven komen als ze
langs de auto’s lopen. De collectie omvat naast een aantal echte oldtimers
vooral modellen waarmee de generatie jongere ouderen groot is geworden. In die
tijd hadden ze nog karakter, wordt vaak gezegd. Visscher zal dat niet
tegenspreken, maar relativeert tegelijkertijd overdreven verheerlijking.
‘Vergeleken met nu waren de auto’s toen kaal, slecht en onveilig’, vat hij het
samen. Toch is het belangrijk het verleden op waarde te schatten. ‘Uit de auto’s
om ons heen zijn de huidige modellen voortgekomen. Wat geweest is, leidt tot wat
er nu is.’ In al die jaren heeft hij vele klanten weten te overtuigen dat de
keuze voor zijn merk toch de beste beslissing was. ‘Zonder al die extra’s en
luxe die we vandaag de dag vanzelfsprekend vinden.’ Hij wijst op een oude Simca-advertentie die op een bord hangt en een uitvergrote kopie van een
rekening van Garage Visscher uit 1955. Vijftig liter benzine kostte 18 gulden 80
en als uurloon werd 2 gulden 25 in rekening gebracht. Dat is inderdaad pure
nostalgie. ‘Mijn moeder plakte het zegeltje erop dat aangaf dat de
omzetbelasting was betaald’, weet Visscher zich te herinneren.
 |
Zo zag
een garagerekening er in 1955 uit.
In de schaduwhoek
Na de verhalen is het hoogste tijd om de collectie nader te gaan
bekijken. Al bij binnenkomst was duidelijk dat dit een mooie ochtend zou worden. Dat komt uit. Een snelle blik leert dat er heel wat modellen van Simca
staan. Hun aanwezigheid is best bijzonder. Een oude Citroën Traction Avant, 2CV
of DS kom je geregeld tegen bij manifestaties of in musea. Veel historische
modellen van Peugeot zagen we tijdens het bezoek aan het fabrieksmuseum in
Sochaux in 2021. Simca’s zijn echter om een of andere reden in de schaduwhoek
van de verzamelaarswereld terechtgekomen. Alle reden hier eens uitgebreid bij
stil te staan. De lichtblauwe Simca 1000 vooraan is een mooie start. Ik zie het
model nog nieuw in de showroom staan bij garage Cito aan de Mecklenburgstraat in
Eindhoven. Iets verderop staan modellen die iets ouder zijn maar ik destijds
geregeld op straat tegenkwam. Namen als Aronde, Elysée, Vedette en Ariane
klonken bekend in de oren. De Ariane combineert de carrosserie van de
Vedette-serie met V8-motor - voortgekomen uit de overname van de Franse Fordfabriek door Simca
- met een zuinige motor van Simca. Een Frans-Amerikaanse mengsel, net als de
Chrysler-Simca 2 Litres van 1978 daarnaast.
 |
Zo'n
Simca 1000 van de eerste generatie zie je niet vaak meer.
De auto
heeft de motor achterin, destijds niet ongebruikelijk.
De
Simca 1000LS is in 1962 gemaakt en viert dus zijn 60e verjaardag.
Het
Simca-model bleef lang in productie. Deze 1000 Rallye II is van 1973.
Een
fraaie Simca Aronde van begin jaren zestig.
Een
tweedeurs variant van de Aronde uit 1962.
De
officiële naam is Simca Aronde Monaco Speciale.
De
Monaco is een hardtop, zonder bovenste B-stijl.

Uit eigen archief:
folders van de Aronde.
Wat
achteraf staat een Simca Plein Ciel van rond 1960.
De
Simca Ariane (links) combineerde een Amerikaans gestijld koetswerk met
een Simca-krachtbron.
Naast
de Simca van 1961 staat een Chysler-Simca 2 Litres van 1978.
De
Simca 1100 was destijds een van de eerste hatchbacks.
Een
Simca 1100 bestelwagen van Garage Visscher.
Een
speciale versie van de Talbot Samba met daarachter een Simca Horizon.
De
Simca 1307/1308 werd Auto-van-het-Jaar 1976, maar had grote
roestproblemen. Links de 1308 Swing.
Picknick-tafel
Een enthousiaste Visscher geeft zijn gasten graag tekst en uitleg over zijn
auto’s. We worden meegenomen naar een Simca 1500 GL Tourist, een voor die tijd
luxe stationcar als familieauto. In plaats van een gebruikelijke achterklep
scharniert deze naar beneden, naar het voorbeeld van Amerikaanse stationwagons.
De ruit moet je naar beneden draaien. Daarna kun je op die klep gaan zitten,
waarbij je de houten laadvloer eruit haalt en omtovert tot picknick-tafel. Onze
gastheer demonstreert hoe het werkt alsof hij de auto opnieuw aan de man of
vrouw moet brengen. Vermoedelijk hebben maar weinig klanten de auto op deze
manier gebruikt, maar het is een prachtig verkoopverhaal.
De Simca-collectie omvat verschillende generaties opvolgers van deze 1500, tot
en met de modellen die als Talbot het einde van het Franse merk inluidden. Die oude
merknaam werd nieuw leven ingeblazen toen Peugeot de fabrieken overnam van
Chrysler. De reanimatie bleek later slechts uitstel tot het definitieve einde.
Met een model als de Solara was geen wereld te winnen. De verzameling van
Visscher omvat ook directe en indirecte ‘familieleden’ van Simca, zoals de
driedeurs Britse Talbot Sunbeam en enkele sportmodellen van Matra.
 |
De
Simca 1500 Break (1965) is een luxe stationcar.
De
laadvloer kan worden uitgenomen om te dienen als picknick-tafel.
De
achterruit draai je naar beneden en verdwijnt in de naar beneden
scharnierende klep.
Opvolger van de 1500 was de 1501, met langere neus en grotere kofferbak,
hier als Special.
Merk- en typeaanduiding op de achterspatborden.
Zwanenzang van het eens zo trotse merk: de Talbot Solara 1.6 SX.
Bouwjaar 1982.
Matra
Sports DJet (1966) naar een ontwerp van René Bonnet.
Uit
1970 is deze Matra 530LX met zijn zeer karakteristieke vorm. Sinds 2021
in Nederland.
De
Matra Simca Bagheera X (1979) heeft als bijzonderheid drie zitplaatsen naast elkaar.
Ruim vertegenwoordigd
Hoewel Renault binnen de Franse autowereld vanaf de pionierstijd een hoofdrol
heeft gespeeld, is bij Visscher Classique sprake van een
bijrol, toegespitst op sportmodellen. Het is de hobby van broer Chris Visscher. Ergens op een achterste rij staat
verloren een Renault 10 in de eerste
uitvoering. Jammer, want waar zie je zoiets nog? Heel karakteristiek of mooi is
de auto zeker niet. Als klassieker inmiddels wel bijzonder. In dezelfde hal
staan twee rijen met Peugeots 205 GTI opgesteld.
Het merk van de leeuw is, net als Citroën, ook met andere modellen ruim vertegenwoordigd. Een
blikvanger is een tweedeurs coach op basis van de 402. Ik kan me niet herinneren
dit model eerder te hebben gezien, ook niet in Sochaux. De koplampen achter de
grille en het ontbreken van een B-stijl bij de ramen zijn karakteristiek. Iets
verderop staat een reguliere vierdeurs-versie. Van verschillende modellen van de
03- en 04-reeks heeft Visscher een exemplaar in zijn collectie. Hij wil graag
een zo breed mogelijke vertegenwoordiging laten zien, met inbegrip van
exclusieve varianten als een cabriolet of pick-up.
 |
 |
Renault
is ondervertegenwoordigd. De eerste serie van de Renault 10 verdient
iets meer aandacht.
Een
Renault Spider, mét voorruit. Er was ook een versie zonder leverbaar.
Matra
maakte in opdracht van Renault de Espace (1e generatie) en Avantime.
Een
fraaie Alpine-Renault met uitgebouwde wielkasten.
In de
tweede hal van het gebouw staat een hele serie Peugeots 205GTI.
De GTI
is een typische auto die liefhebbers aantrekt.
Een
Peugeot 401D van 1935, waarbij de D niet staat voor Diesel. Er ligt een
benzinemotor in.
Een
werkelijk zeer fraaie Peugeot 402 uit 1939.
Door
het open dak krijg je zicht op het interieur.
De
tweedeurs coach-hardtop is een exclusieve uitvoering.
Nog een
402, maar een meer reguliere vierdeurs-versie.
Deze
auto kwam in 1936 uit de fabriek.
Peugeot
203 in latere uitvoering, met grote achterruit.
Peugeot
203 Familiale met letterlijk een vijfde deur. Bouwjaar 1955.
Visscher wil graag verschillende modellen van een serie in zijn
collectie, zoals de 203 pick-up.
Nog een
203, een cabriolet, ook destijds al een exclusieve verschijning.
Familiale
op basis van de Peugeot 403.
Een
404 Familiale (met imperiaal) van 1963.
Een 404
met vele accessoires die destijds in de handel waren. Of ze de auto
fraaier maken, is een kwestie van smaak.
Links
een zonwering voor de achterruit, rechts een sierstuk op de C-stijl.
Peugeot
304 uit 1973.
Dit is
het model van na een facelift waarbij het dak rechthoekiger van vorm
werd.
Dat
deze Peugeot 104 een grote achterklep heeft, betekent dat het een latere
versie is.
Een
sterk nummer naast een commercieel minder geslaagd model: de 205 en 309.
De 309
was ontwikkeld als Talbot, maar kreeg op het laatst het
Peugeot-merkplaatje opgeplakt.
Pininfarina tekende de lijnen van de Peugeot 604, bedoeld als
tegenhanger van de dure Duitse merken.
Unieke exemplaren
De meest exclusieve Peugeots in Buren zijn twee stationcars op basis van de 205
en 309. Het zijn allebei geen seriemodellen, maar voorstellen van externe
bedrijven. De 205 Nepala is een idee van ontwerper Benoit Contreau uit 1988. Met
een verlengde achteroverhang en grote verticale zijruit heeft de achterkant een
heel eigen karakter gekregen. De naam van de ontwerper staat op een klein
plaatje bij die bijzondere zijruit. Een jaar eerder kwam carrosseriebedrijf Heuliez met het voorstel om een stationcar op basis van de 309 te gaan bouwen.
Opmerkelijk is de asymmetrie. Links heeft de auto één deur, rechts zijn er twee.
Verder is de lijn conventioneel gehouden. Het merk van de leeuw zag in beide
voorstellen geen heil. Het bleef bij deze unieke exemplaren, die na wat
omzwervingen in het land van Maas en Waal terecht zijn gekomen. Voor een dag als
vandaag zijn het de kersen op de taart. Ze mogen wat mij betreft in het museum
een prominentere plaats krijgen dan ze nu hebben.
 |
Benoit Contreau stelde dit ontwerp
voor een 205 Break voor.
De
vormgeving van de achterste zijruit geven het model een heel
karakteristiek uiterlijk.
De
voorkant is ongewijzigd.
Peugeot
ging niet over op uitbreiding van de 205-reeks met een stationcar.
Een
voorstel van Heuliez voor een 309 Break, traditioneel vormgegeven.
Heuliez
had ervaring met stationcars en bouwde onder meer de BX Break voor
Citroën.
Rechts
heeft de auto twee deuren...
...links één. Het bleef bij dit ene prototype.
Buitenbeentjes
Het wordt tijd aandacht te geven aan het derde Franse merk dat hier prominent
zijn opwachting maakt: Citroën. Gek genoeg heeft het bedrijf geen eigen
fabrieksmuseum, terwijl er toch beroemde modellen zijn voortgebracht die ver
buiten de kring van autoliefhebbers enthousiaste aanhangers kennen. In Frankrijk
is wel een opslagplaats van de historische modellen; een bezoek staat nog op
mijn wensenlijstje. In de tussentijd vult Visscher Classique de leemte mooi in
met een keur aan types, van de 2CV tot en met de SM. Net als bij Peugeot ligt de
nadruk op de jaren vijftig en daarna, maar zijn er ook een paar oudere modellen.
Dat Citroën buitenbeentjes heeft gemaakt, is bekend. Een Méhari, Ami 6 en
recenter de C6 bewijzen dat nog maar eens. Mooi of lelijk zijn kwalificaties die
niet relevant zijn. Visscher heeft de hand weten te leggen op een M35, een
proefmodel met Wankelmotor dat eruit ziet als een Ami coupé. Hij weet te
vertellen dat het de bedoeling was een serie van 500 stuks te maken, allemaal
genummerde exemplaren. Dit is bijvoorbeeld nummer 470. Zoveel zijn er echter
nooit gemaakt. De productie is bij 267 stuks blijven steken. Om het veel
kleinere aantal te maskeren, sloeg Citroën gewoon een aantal nummers over.
 |
Visscher laat zijn weergave van de Citroën-historie voor de Tweede
Wereldoorlog beginnen.
De
echte oldtimers vormen wel duidelijkheid een minderheid. De Torpedo is
van 1927.
Wie
kent ze niet? Citroën 2CV en Traction Avant.
Citroën
Ami 6 met de kenmerkende 'omgekeerde' achterruit.
Ondanks
de merkwaardige vorm, was de Ami destijds de best verkochte auto in
Frankrijk.
Citroëns experiment met een auto met Wankelmotor, de M35.
De
bedoeling was 500 exemplaren uit te zetten voor gebruik door klanten.
Het werden er 267.
De
eigenzinnige kunststof Citroën Méhari is een blikvanger.
Visscher heeft verscheidene DS'en staan, alsmede een SM.
DS
Cabriolet, voor Citroën gemaakt door het atelier van Chapron.
De
richtingaanwijzers zitten onderaan bij de kap.
De
grote limousines van Citroën: CX, XM en C6. Allemaal eigenzinnig.
De
voorkant van de eerste generatie CX en van na een facelift.
C6 en
XM; beide commercieel niet het grootste succes van de Franse industrie.
Op
basis van de 2CV-techniek maakte Lomax dit grappige wagentje.
Het
Britse (!) ontwerp stamt uit het begin van de jaren 80.
Een
Panhard PL17, familielid van Citroën dat het merk inlijfde maar daarna
de nek omdraaide.
Jaarlijkse modelwisseling
Hoewel misschien niet helemaal passend bij de rest, is ook de beperkte
verzameling Opels interessant. De namen Olympia en Rekord brengen je terug naar
de jaren vijftig en zestig. In die tijd lieten de vormgevers van het Duitse
bedrijf zich inspireren door hun meerderen bij het moederbedrijf General Motors
in Amerika. Bij de auto’s van medio jaren vijftig was sprake van een jaarlijkse
modelwisseling. De basis bleef gelijk, maar door een andere grille en licht
gewijzigde carrosserie zag iedereen dat je in een nieuw of overjarig model reed.
Een pure jeugdherinnering is het klokje in het klepje van het dashboardkastje.
Als mijn herinnering me niet in de steek laat, moest je dat klokje nog opwinden.
Van latere tijd is de Rallye-Kadett, hier in de eerste uitvoering te zien. Een
gewone B-Kadett staat ernaast, terwijl ook het A-model is vertegenwoordigd met
een 2 deurs en een stationcar, volgens traditie als CarAvan aangeduid.
Opvallend is verder een Rekord hardtop coupé in de toenmalige modekleur bruin.
Kenners valt meteen op dat er een grille van de luxere Commodore is gemonteerd.
 |
Opel
Olympia van begin jaren 50, met nog duidelijk vooroorlogse trekjes.
'Der
Zuverlässige' staat er op de achterruit. Zo zag Opel zichtzelf.
Een
Olympia Rekord van de eerste generatie 1953/1954.
Dit
model is van 1956. Ieder jaar veranderde het aanzien, naar (goede?)
Amerikaanse traditie.
Een
jeugdherinnering: het dashboardkastje met klokje.
Opel
Kadett A, de eerste naoorlogse Kadett waarvoor Opel in Bochum een nieuwe
fabriek neerzette.
Stationcarversie van de A-Kadett. Gemaakt in 1965.
Volgens
de traditie werd de stationcar een CarAvan genoemd.
Met de
Opel Kadett B begon de opmars tot meest verkochte model in Nederland.
De Opel
Kadett Rallye in eerste uitvoering, met de kenmerkende zwarte motorkap
en zijstrepen.
De vorm
van de zijruit met daarachter de 'kieuwen' veranderde al snel.
Opel
Rekord A Coupé. De vormgeving is duidelijk op die van Amerikaanse
GM-modellen gebaseerd.
Een
dergelijke bruine kleur was in die tijd heel gebruikelijk. Opel Rekord
1900L Hardtop 1972.
Kenners
zien meteen dat de grille niet klopt. Die is van een Commodore.
Een
sprong in de tijd: de Opel Manta 1.8S is van 1984.
Terug
Na de goed verzorgde lunch is het tijd voor een tweede bezoek dat voor deze
zaterdag voor de Conam-leden op het programma staat. Daarvoor gaan we naar Beusichem, een kleine
tien minuten rijden verderop. We weten echter nu al dat het adres van Visscher Classique in het
navigatiesysteem mag blijven staan. Als het museum in Buren straks officieel is
geopend, gaan we vast nog een keer terug.
■
2. Visschers project open voor het publiek
Het voornemen om na de opening nog een keer langs te gaan, komt op dinsdag 27 december 2022
tot uitvoering. We reizen opnieuw naar Buren, ongeveer een uur rijden. Op 1 november gingen de
deuren voor het algemeen publiek voor de eerste keer van het slot. Ruim twee
weken geleden werd het museum officieel geopend door Bovag-voorzitter Han ten
Broeke. We zijn benieuwd hoe het er nu is.
 |
We arriveren om vijf voor tien, maar de deur is al open. Henk Visscher begroet
ons hartelijk. We zijn de eerste gasten van vandaag. Als hij hoort van het
eerdere bezoek, wijst hij op de wand met tijdlijnen aan de linkerkant van de
ingang. Die was er toen nog niet. Hij beveelt zijn gasten aan daar
uitgebreid de tijd voor te nemen. Er is veel te zien: de geschiedenis van de
auto en spraakmakende modellen, maar ook de illustratie van
wereldgebeurtenissen, van ontwikkelingen van inkomens, het verkeer en speelgoed
in de loop van de tijd. Minutieus is de historie van Peugeot, Citroën, Simca/Matra,
Renault Sport en Opel aan de hand van plaatjes van autotypen in beeld gebracht.
Alle modellen zijn een voor een met de hand getekend. Dat was meer werk dan
aanvankelijk gedacht. Het is een duur muurtje geworden, moet hij bekennen. Voor
hetzelfde geld had je een nieuwe auto kunnen kopen en niet eens het
allergoedkoopste model. Maar het ziet er fantastisch uit. Het geheel is met
gevoel voor autohistorie samengesteld. De Mercedes-Benz 'Heckflossen' zit aan de
voorkant in elkaar, als illustratie van de eerste toepassing van de kreukelzone.
Helaas is er in de wand een foutje geslopen. Als Visscher het niet zelf had
aangegeven, hadden we het waarschijnlijk niet opgemerkt. De Ferrari 250GTO is
bij het jaartal 1952 neergezet, terwijl het 1962 had moeten zijn. Dat wordt
binnenkort ongetwijfeld gecorrigeerd.
 |
De
toegang naar het museum.
Een
hele wand waarin de historie is weergegeven.
Aankleding
Al bij binnenkomst wordt duidelijk dat er hard is gewerkt sinds het vorige
bezoek in september. Er is veel gedaan om de hallen aan te kleden en een
sfeervolle museale omgeving te creëren. Op de wanden zijn per merk fraaie
illustraties aangebracht, opgebouwd uit afdrukken van persfoto’s, advertenties
en brochures van weleer. In hal 1 is een hele muur gebruikt voor de beroemde
Citroën-advertenties van grafisch ontwerper Karel Suyling. Overal in het gebouw
staan vitrines met miniaturen, gerangschikt naar merk, type en soort. De
gastenruimte met koffiebar is inmiddels klaar. Er hangen kunstzinnige zwart-wit
foto’s van Erwin Olaf met Citroën-modellen uit het museum als onderwerp.
Omdat we vroeg zijn, is de koffiemachine nog niet in werking. Geen nood,
Visscher serveert ons koffie in de personeelsruimte. Hij vertelt intussen wat er
sinds september is bijgekomen en wijst naar de bovenverdieping. Daar is een zaal
ingericht om groepen te ontvangen. Het is tevens de bibliotheek met een groot
aantal (auto)boeken. Her en der staan er schaalmodellen van historische Citroëns
tussen. Gasten zijn welkom om hier zelf verder in de historie te duiken.
Er is nog wat veranderd, niet het minst belangrijk. De auto’s staan netter op
merk en type gerangschikt. Aan het plafond hangen merkbordjes. Op een zuil bij
binnenkomst is aangegeven waar je wat kunt vinden.
 |
 |
De
gastenruimte beneden en op de eerste verdieping.
Kasten
vol autoboeken. Liefhebbers kunnen hier zelf in de autohistorie duiken.
Tussen
de literatuur schaalmodellen in soorten en maten van Citroën-typen.
Wat
staat waar?
De
afdeling Citroën in hal 1. Aan de wand de beroemde advertenties van
Karel Suyling.
In hal
2 is een kleine expositie over bergingsbedrijf Joh. v.d. Zand ingericht.
Ondernemer
Het duurt niet lang of er komen meer bezoekers. Visscher vertelt dat hij niet te
klagen heeft over publiciteit voor zijn nieuwe project. Regionale en landelijke
media hebben er aandacht aan besteed. Hij is trots op het resultaat. Terwijl hij met
iedereen een praatje probeert te maken, werkt hij door. Er is nog steeds veel te doen. Toen
hij directeur was van een serie dealerbedrijven, had hij medewerkers voor veel
praktische klussen. Nu moet hij zelf weer overal achteraan, van het innen van de
entreegelden en het zetten van koffie tot opruimen en schoonmaakwerk. Na de
verkoop van zijn bedrijven voelt hij zich weer beginnend ondernemer. Het museum
is op sommige punten nog niet helemaal af. Komende tijd zal de collectie worden
aangevuld met auto’s die in zijn ogen niet mogen ontbreken. De jongste aankopen
zijn een Peugeot RCZ en Simca 6. Ze zijn nog niet gearriveerd.
Een
fraaie Peugeot 202 BH uit 1948, voortbordurend op het vooroorlogse
model.
De B in
de typeaanduiding duidt op het naoorlogse model, de H heeft betrekking
op de hydraulisch bediende remmen.
De 202U
(van utilitair) als pick-up is een jaartje jonger.
De
Franse middenstand heeft destijds veelvuldig gebruik gemaakt van
dergelijke auto's.
De
koplampen zitten net als bij het personenmodel achter de grille.
Liefhebbers
We worden uitgenodigd de auto’s op ons gemak te bekijken. Sommige bezoekers
hebben het met een half uur gezien, zegt hij, maar andere vertrekken pas na
enkele uren. Het beoogde publiek bestaat vooral uit liefhebbers. Anders dan in
andere musea mogen zij best de deuren of motorkap opendoen om alles beter te
bekijken. Het verzoek is alleen om voorzichtig te zijn. Dat klinkt niet meer dan
redelijk. Visscher wil het mensen naar de zin maken. Gastvrijheid is onderdeel
van zijn DNA. Vroeger met de uiteindelijke bedoeling om een auto te verkopen, nu
om de bezoekers te laten meegenieten van zijn liefhebberij.
De meeste auto’s hier zijn niet te koop. Wat hij wil verkopen, staat opgeslagen
aan de overkant van de straat. Staat het niet haaks op de eigenschap van een
verzamelaar om afstand te doen van een mooie oude auto? Visscher ziet geen
tegenstelling. Hij is naast liefhebber nog altijd zakenman en ook heel
pragmatisch: je kunt niet alles houden, want dan is de ruimte snel te klein.
Vergeleken met drie maanden geleden zijn bijvoorbeeld de Renault 10, een Simca
Aronde en lichtblauwe Peugeot 304 verdwenen, maar zijn er wat Peugeot-modellen
bijgekomen. Waar de vorige keer de opvallende Lomax stond, zien we nu een niet
minder aandacht trekkende Maserati. Het is een buitenbeentje, maar wel met een
relatie met Citroën. Dat merk was rond 1970 korte tijd eigenaar van de Italiaanse sportwagenbouwer. De auto heeft trouwens een bestemming: het is een cadeautje voor zijn
kleinzoon als die groot genoeg is om erin te rijden.
 |
Een
Maserati Bora als buitenbeentje, maar wel met een relatie met Citroën.
De
openstaande motorkap biedt zicht op de V8-motor met een inhoud van 4,9
liter.
Een
Citroën HY-bedrijfswagen staat achter in de Citroën-hoek.
Ooit
een alledaagse weggebruiker, tegenwoordig zeldzamer: Citroën Dyane 6, luxe
broertje van de Eend.
Bijzondere modellen zijn het handelsmerk van Citroën: een Ami 6 en C3 Pluriel.
Simca
1000 Coupé met een carrosserie ontworpen door Bertone.

Uit
eigen archief: folder van de
1000 Coupé.
Er is
meer ruimte rond de Simca Ariane dan eerst, zodat je de auto goed kunt
bekijken.
De
blauwe vierdeurs Aronde wacht op een koper. De Simca Aronde Monaco Speciale
mag blijven.
Simca 1501GL Automatique, bouwjaar 1966.
De
Matra-modellen hebben een plaatsje gevonden bij de Simca's.
Vooraan
staat de Matra Djet.
Matra
en Simca (Chrysler France) gingen een samenwerking aan.
Anders
dan de vorige keer is de kap van de Peugeot 203 Cabriolet nu naar
beneden.
Daardoor heb je goed zicht op het geheel metalen dashboard.
Het
valt ons op dat de 203 en 403 allebei Familiales zijn met drie zitrijen.
Uit
1959 stamt de Peugeot 403 met kenmerkend imperiaal.
Peugeot
403 cabriolet, het 'Columbo'-model, maar dan in veel betere staat.
Dezelfde 403, bekeken vanaf de eerste verdieping.

De
iconische Peugeot 404 werd ook bij rally's ingezet.
Pininfarina ontwierp de cabriolets en coupés op basis van de 404 en 504.
Een
luxe, snellere variant van de Peugeot 304, de S, met metallic lak die op
de gewone 304 niet leverbaar was.
Gegroeid
Wat de inrichting aangaat, heeft de grootste metamorfose plaatsgehad in hal 3.
Met tussenwanden zijn drie afzonderlijke ruimtes gecreëerd. Daar hebben de Opels,
Peugeots 205/309 en sportieve Renaults (van Henks broer Chris) een plek
gekregen. Bij de sport-Renaults moeten bezoekers afstand bewaren. Als enige modellen staan
ze achter een afscheiding.
Het aantal oudere Opels is behoorlijk gegroeid. Hoewel Henk weinig met het merk
heeft, zoals hij vorige keer zei, maken ze volwaardig deel uit van de collectie.
Achterin zien we twee Opels GT, de klassieke zeventiger en het model dat tussen
2007 en 2010 werd verkocht. De laatste is nog exclusiever dan de eerste.
Aan de reeks Olympia Rekords van de jaren vijftig is een Opel Rekord P1
toegevoegd. De auto is in twee kleuren gespoten. Op deze manier is de auto nooit
geleverd. Over smaak valt niet te twisten; laten we
het erbij houden dat de kleurencombinatie niet onze favoriet is.
 |
|
De
Opel-collectie is aanzienlijk uitgebreider dan in september.
Op de
achtergrond bij deze Olympia zijn de historische beelden van Opel
goed te zien.
Opel
Rekord P1 in een merkwaardige, niet originele tweekleurenuitvoering.
Ook de Opel
Kadett Rallye is in de nieuwe opstelling beter te bekijken.
Een
Opel Kadett C-model uit 1977.
De
benzinedop zat achter een namaak luchtrooster in de C-stijl.
Bij een
eerdere Opel Rekord vind je de tankdop door het nummerbord naar beneden
te klappen.
Een D-
en E-type Kadett in een sportieve uitvoering: GTE en GSi.
Opel
Asona B en Opel Senator.
Met de
GT poetste Opel in de jaren zeventig zijn imago als saai merk op.
De
herintroductie van de GT in 2007 was maar een matig succes.
Er is
een afzonderlijke ruimte gemaakt voor de collectie sportieve Renaults.
De
Renault 5 Turbo is inmiddels een klassieker met behoorlijke waarde.
Deze
auto's behoren tot de VKV-Groep van Chris Visscher.
Zelfs
een racewagen is te bezichtigen.
Renault
Alpine A310 met daarachter een A610.
Naast
een klassieke Alpine staat de wedergeboorte van enkele jaren terug.
De
afdeling Peugeot 205 en 309 met talloze variaties.
Uiteraard ontbreekt de 205 CTI niet.
Miniatuur
Voor de realisatie van zijn nieuwe levenswerk kijkt Visscher niet op een
dubbeltje, dat is wel duidelijk. Maar soms wordt het ook hem te gortig. Hij
wijst op een donkergroene miniatuur van een Peugeot 404 cabriolet in een van de
vitrines. Het model is exact uitgevoerd als de auto van zijn collectie, tot en
met de kentekenplaten. Hij had ooit de wens al zijn auto’s in de vorm van een
verkleinde kopie te presenteren. Een museum in een museum, als het ware. Een
variatie op het Droste-effect. Dat plan heeft hij laten varen. De speciaal
gemaakte 404 cabriolet kostte hem 300 euro. Ook een hobby kent zijn grenzen en
een succesvolle ondernemer blijft altijd naar de uitgaven kijken. En naar
mogelijkheden nog wat inkomsten te genereren. In zijn kamer staat een
vitrinekast met miniatuurmodellen die hij dubbel heeft. Ze zijn te koop. Tussen
alle Franse merken zien we verschillende Hyundai's. Die zijn meegekomen uit het
vorige leven van Visscher als dealer van dat Zuid-Koreaanse merk.
 |
Op
verschillende plaatsen staan vitrines met schaalmodellen.
Ook
exclusieve modellen als de 203 Darl'mat en eenmalige 504 Shooting Brake
zijn in het klein nagemaakt.
Romantiek
Er komen opnieuw bezoekers. Visscher is zo druk als een klein baasje. Iedereen
krijgt aandacht. Graag wijst hij op de Simca 1500 Break met ingebouwde
picknicktafel, een mooie plek waar bezoekers een foto van zichzelf kunnen
(laten) maken. Twee glazen rode wijn staan als sfeervolle rekwisieten op het
tafeltje. Uit zijn verhaal van de vorige keer werd al duidelijk dat autorijden
in mooie Franse streken en romantiek voor hem als een Siamese tweeling
onlosmakelijk aan elkaar zijn verbonden. De Simca moet dat gevoel van vrijheid
en ontspanning opwekken. Veel bezoekers zullen er wat nuchterder naar kijken,
maar wie een auto puur ziet als een vervoermiddel, is hier aan het verkeerde
adres. In de tussentijd komt Visscher met een grote trap aanlopen. Hij is in de
weer om boven op een rand een serie oude benzineblikken neer te zetten. Tegen
een muur staan nog tientallen fotolijsten die een bestemming moeten krijgen.
Visscher Classique wordt als huis van Franse klassiekers komende tijd vast nóg
aantrekkelijker. Een mooi vooruitzicht om later nog eens langs te gaan.
■
 |
Herinneringen aan een romantisch uitje, compleet met een glaasje wijn.
 |
Vernieuw, maar behoud het goede
Al weer een aantal jaren
geleden werd het Peugeot-
museum fors uitgebreid. Een mooie aanleiding
om tijdens de vakantie weer eens langs te gaan.
augustus 2021
|
 |
 |
De
blik vooruit, gesteund door het verleden
Rondleiding door de
Opel-fabriek in Rüsselsheim
en een blik op de collectie klassieke auto's,
met aansluitend een bezoek aan het stadsmuseum.
oktober 2009
- laatste aanvulling maart 2017
|
 |
|