Oldtimerdag 2018

Zoetermeer (NL)




●  18e jaarlijkse bijeenkomst
●  Thema: Amerikanen
●  Meer dan 150 deelnemers
●  Nagemaakte modellen
●  Foto-impressie


mei 2018
 

  


Het enthousiasme is zeker echt  
 

Voor de achttiende keer nam een keur aan oudere auto's deel aan de bijeenkomst georganiseerd door de winkeliersvereniging van de Zoetermeerse Dorpsstraat. Meer dan 160 eigenaren schreven zich met hun auto in voor de toertocht en de show. Voor sommigen is het inmiddels een jaarlijkse traditie geworden. Anderen waren er voor het eerst. Een bonte stoet trok door het Zuid-Hollandse land. We waren aanwezig bij de start.  
 


Noem het vakwerk. Noem het ambachtelijkheid. Noem het kunst. Wel etiket je er ook opplakt, bijzonder is het in ieder geval. Tijdens de 18e editie van de Zoetermeerse oldtimerdag valt het oog op een Amerikaanse Chevrolet Silverado, zo’n uit de kluiten gewassen Amerikaanse bestelwagen. Het is bijna een raadsel dat de wagen hier is gekomen. Dat de politie zoiets niet van de weg haalt... Overal roest. Toegegeven, als je wat beter kijkt zie je nergens gaten in de carrosserie, maar dat zal niet lang meer duren. Schijn bedriegt echter. Het koetswerk van de auto is puntgaaf. De roest is nep. Die is erop geschilderd, om te laten zien wat kunstig vakwerk is. Het resultaat is verbluffend. Als je het eenmaal weet, ben je niet verbaasd als de Chevy zich even later opstelt om mee te doen aan de toertocht door het Zuid-Hollandse land. De auto redt het wel. Die stort zeker niet in.
 

Let op: al de roestplekken zijn kunstig geschilderd. De auto is puntgaaf!

Eerste indruk
Je moet vandaag op je hoede zijn en je niet bij de neus laten nemen. Dat is al snel duidelijk. Ga niet af op een eerste indruk. Vertrouw je ogen niet. Bij twijfel doorvragen. Een vriendelijk echtpaar komt aanrijden met een Porsche 550. “Zo eentje waarmee James Dean in 1955 verongelukte”, wordt er aan toegevoegd. Maar wacht even… zo’n auto is ruim 2,5 miljoen waard. Hier in een optocht in Zoetermeer? Opnieuw is de werkelijkheid een tikje anders dan het lijkt. De benzinedop in het midden van de voorkap is echt. Nog enkele andere onderdelen komen uit de Porsche magazijnen. Maar de rest is het resultaat van noeste huisvlijt. Het was een mooie klus, volgens de bouwer. De techniek is gebaseerd op die van de Kever. Op het kentekenbewijs staat als merk dan ook ‘Volkswagen’. De uitstraling is vele malen exclusiever. Ze doen vandaag voor de eerste keer mee met de toertocht. Het had iets warmer mogen zijn. Het kleine voorruitje biedt nauwelijks bescherming. Het lukt de zon nog niet een gat in de wolken te prikken.
 

Porsche 550, althans daar lijkt het op. Sommige onderdelen zijn origineel.

Doorvragen
De eigenaar van een andere Porsche heeft besloten dat de rit naar Zoetermeer van honderd kilometer wel voldoende is. Hij doet niet mee aan de tocht en parkeert zijn sportwagen in de Dorpsstraat, waar de andere auto’s in de loop van de middag ook zullen komen te staan. De zwart met rode roadster trekt aandacht. Opnieuw is even doorvragen van belang. De eigenaar popelt om tekst en uitleg te geven. Van onder de rechter voorstoel komt een map met foto’s tevoorschijn. De auto is een replica van een Porsche waarmee begin jaren zestig in Amerika de SCCA-races werden gereden. SCCA betekent zoveel als Sports Car Club of America. Hij toont de foto’s van toen. Met handige handen, inzicht en geduld heeft hij de historie laten herleven. Het onderstel is van een ingekorte bodemplaat van een Karmann-Ghia. De motor is van een Porsche 912. De carrosserie is van kunststof, helemaal zelf gemaakt. De perfectionist in hem komt boven als ik lovend spreek over de strakheid van het plaatwerk en de lak. Het was nog veel beter, vertelt hij, maar de inwerking van de zon op het kunststof is niet al te best. Dat is spijtig, want dit werk verdient het om goed behouden te blijven.
 

Een nagebouwde Porsche Racer, met een koetswerk van kunststof en ingekort onderstel van een Karmann-Ghia.


Verrassing

Het blijft oppassen geblazen. Een matrode open sportwagen lijkt ergens op een vervaarlijk uitziende AC Cobra, maar je hoeft geen specialist te zijn om te zien dat in dit geval geen sprake is van een origineel. Niettemin ziet het geheel er flitsend uit. De echte verrassing komt als je ontdekt dat onder deze kunststof huid de techniek schuilgaat van een… Daihatsu Carry! Een dusdanige vermomming van een Japans bestelwagentje past bij het beste bal masqué. Het gaat om een Marvia, afkomstig uit Indonesië. De onderneming legde zich tussen 1988 en 1990 toe op het maken van replica’s. Na twee jaar was het feest weer over. Wat je er ook van vindt: je hebt altijd bekijks. Dat geldt ook voor de bezitters van een Nederlandse Burton – gebaseerd op een Citroën 2CV – en een Morgan driewieler. Voor een achteloze toeschouwer lijken de wagens misschien oudjes, maar ze zijn van deze eeuw. Het hart van de Burton is inmiddels wel op leeftijd. De Eendenmotor is van 1966.
 

De stoer uitziende Marvia Cobra is gebaseerd op de techniek van een... Suzuki Carry.

Een Burton en een Morgan: beide veel minder oud dan ze eruit zien.

Een bonte verzameling klassiekers, wachtend op de toertocht.

Icoontje
Inmiddels staat mijn alertheid op de stand maximaal. Wat je ziet is niet wat het is. Van een eindje lijkt de kleine rode stationcar op een Fiat 500, maar het blijkt een Autobianchi te zijn. (In de nadagen veranderde het model van merknaam.) Een andere 500 is geen Fiat maar een Abarth, type 595. Nou ja, niet helemaal. Als gewone Fiat is de auto ooit uit de fabriek gekomen; een liefhebber heeft 'm later het uiterlijk van een Abarth gegeven.
Een gele 500 maakt me achterdochtig, maar nu is geen sprake van gezichtsbedrog. De roest is echt. De gaten ook. Kennelijk is de markt voor dit Italiaanse icoontje zo groot dat het de moeite en het geld loont aan de slag te gaan met een grondige restauratie. De auto is van een bedrijf dat hierin is gespecialiseerd. Dat had ontwerper Dante Giacosa nooit kunnen denken toen hij in de jaren vijftig de schetsen op papier zette.
Over Giacosa gesproken: zijn beroemdste ontwerp is er ook, de Fiat Topolino. Het is een 500C, niet alleen destijds in Nederland verkocht, maar ook nog eens in Nederland geassembleerd. Importeur Leonard Lang liet om belastingtechnische redenen de auto in onderdelen naar Boskoop sturen om 'm daar in elkaar te zetten. Het fraaie exemplaar van Ton Rampaart heeft onder de motorkap en op zijn achterste kleine plaatjes die deze geschiedenis illustreren. Zonder zijn aanwijzing was het me niet eens opgevallen. Je bent nooit te oud om te leren. Het cliché is maar al te waar.  
 

Identiteitscrisis bij dit wagentje? De Fiat werd in zijn laatste jaren als Autobianchi verkocht.

Zo'n bijna verrot Fiatje 500 is de moeite waard om te bewaren en op te knappen.

Het is niet helemaal wat het lijkt: een tot een Abarth 595 getransformeerde Fiat 500.

Een mooie Fiat Topolino 500C uit 1953, sinds 2004 bij de huidige eigenaar.

Het kleine Fiatje is eenvoudig, maar heeft wél een open dak.

Deze auto is in Nederland geassembleerd, in Boskoop.

Amerika
De Zoetermeerse oldtimerdag heeft elk jaar een thema. Dit keer is dat Amerika. De meerwaarde is beperkt. Een aantal deelnemers komt elk jaar weer, wat het thema ook is. De organisatie vindt dat prima. Hoe meer wielen, hoe meer vreugd. Als geregelde bezoeker ontmoet je dus deelnemers die inmiddels bekend voorkomen. Hun auto’s zijn fraai maar niet verrassend. Omdat het tussen nu en de start nog een klein uur is, laat ik om die reden de Austin-Healeys, MG’s, TR’s, Kevers en een handvol Mercedessen links liggen. Waar staan de noviteiten (al is dat bij al die oudjes wellicht niet helemaal het juiste woord)?
Zoeken is niet nodig. Daarvoor is een duo Packards te nadrukkelijk aanwezig. Hun aanwezigheid is niet over het hoofd te zien. Twee werkelijk schitterende Amerikaanse auto’s uit de jaren dertig. De één heeft acht, de ander twaalf cilinders achter de kenmerkende radiator. Van de grootste gaat in de loop van de ochtend de kap naar beneden. Hoewel doorgaans een open cabriolet het mooist is, weet ik eigenlijk niet of dat hierbij ook opgaat. Hoe dan ook, het zijn plaatjes. Beide auto’s zijn in concoursstaat, waarbij het diepe rood van de twaalfcilinder het chique, voorname voorkomen accentueert. Ze doen het jaarthema glanzen, samen met onder meer een Ford Thunderbird uit 1955, twee Plymouth coupés en een hele rij Cadillacs van begin jaren zestig. Het zijn slagschepen waarvoor de parkeervakken in Nederland niet toereikend zijn.
 

Werkelijk schitterend, deze twaalfcilinder Packard.

De vorm van de radiator is typerend voor het merk.

En zo is het beeld met de kap naar beneden.

'Slechts' acht cilinders staan onder de kap van deze kleinere Packard, bouwjaar 1934.

Gebroederlijk naast elkaar, deze vertegenwoordigers van Amerika van de jaren dertig.

Achter elkaar aan, bij de start van de toertocht.

De A-Ford is duidelijk een stuk eenvoudiger.

De eigenaar van de Plymouth Special de Luxe Coupé uit 1948 is bezig het deelnemersnummer op zijn auto te monteren.

Een Plymouth P12 Coupé uit 1941.

De auto neemt geregeld deel aan toertochten en manifestaties als deze.

Een Ford Thunderbird van 1955, destijds een hit.

Let eens op de bijzondere plaats van de uitlaten als onderdeel van de bumper.

Deze Chevrolet uit 1954 neemt niet deel aan de toertocht en staat gewoon op een parkeerplaats.

Bel Air, een jarenlang gebruikte typebenaming.

Stijlelementen die verwijzen naar de lucht- en ruimtevaart sieren het front van de Chevrolet Bel Air 1957.

Vooral modellen van het merk Cadillac uit begin jaren zestig zijn present.

Groot, groter, grootst. Amerikaanse sleeën van weleer.

De Cadillac Seville van 1983 heeft duidelijke retrotrekjes met zijn opvallende achterzijde.

De Cadillac DeVille stamt uit 1964, de Pontiac GTO is van 1966.

Een Chevrolet Chevelle SS uit 1972 en een Ford Mustang van een jaartje daarvoor. 

Een Shelby Cobra en een Chevrolet Pick-up: voor wie een doorsnee-Amerikaan te gewoontjes vindt. 

Een Amerikaanse legerjeep mag bij het thema Amerika niet ontbreken.

Links een oude Nekaf-Jeep die is gemoderniseerd en rechts een CJ7.

Pronkstuk
De volgende halte in de speurtocht naar nieuw fraais is een Jaguar Mark V van 1951. De Britten hebben er zo’n prachtige term voor: het is een Drophead Coupé. Dat de auto links stuur heeft, is niet verwonderlijk. De meeste gingen destijds op de boot naar Amerika. De Engelse auto-industrie werd na de oorlog met de toewijzing van de hoeveelheid staal aangemoedigd tot export. Het model is feitelijk nog vooroorlogs. De eigenaar weet te vertellen dat in het dashboard nog vliegtuiglampjes zitten, overgebleven van de oorlogsproductie. Deze auto is zijn pronkstuk. Voor geregelder gebruik staat thuis een XK150 in de garage. Vorig jaar is hij ermee naar de Mille Miglia gereden. Alleen om te kijken; meedoen was geen optie. De XK150 voldoet niet aan de criteria voor deelname, weet hij te vertellen. Zijn statige Mark V – natuurlijk met houten dashboard – is uitgevoerd in twee kleuren zilvergrijs. Het hangt van het zonlicht af of het verschil goed zichtbaar is. De bewolkte hemel van vandaag is niet ideaal. De schoonheid lijdt er niet echt onder. Dit maakt klassieke auto’s tot gewilde erfgoederen van een voorbije tijd. Het is onmogelijk zoiets niet mooi te vinden.
Hoewel minder uitgesproken, is er meer Britse beauty te ontdekken, zoals een Rolls-Royce Silver Cloud II en een Riley met 2,5 liter motor.
 

Een prachtige Jaguar Mark V Drophead Coupé uit 1951.

De auto is heel subtiel uitgevoerd in twee kleuren grijs.

Bij mooi weer kan de kap ook half open.

Een Rolls-Royce is en blijft een imposante automobiel. Dit is een Silver Cloud II. 

Een Riley RMF uit 1953 met een motor van 2,5 liter.

 

Blikvangers
Tot de categorie blikvangers van deze zaterdagmorgen behoort absoluut de Amphicar. Deze varende auto is op zichzelf al bijzonder, maar de gepresenteerde staat doet er nog een schepje bovenop. De rode carrosserie met smetteloos wit interieur is prijswinnend mooi. Ik heb al verschillende van dergelijke auto’s in uiteenlopende musea gezien, maar geen ervan is zo puntgaaf als deze. Eenzelfde oordeel is weggelegd voor een oud Volkswagenbusje dat wordt gebruikt als rijdende reclamezuil. Als het afgeleverde werk van eenzelfde kwaliteit is als de restauratie van deze auto, laat je met een gerust hart al je vernis en verf bij het bedrijf verwijderen.
Een ander juweeltje is de lichtblauwe Renault Caravelle, ooit na enkele jaren al aanvoerder van de roestbrigade maar in deze staat fabrieksnieuw. Denk de andere auto’s weg en je maakt een foto alsof het de perspresentatie in 1964 is. Bijzonder is de rode tonneau cover, die je doorgaans vooral bij de Engelse sportwagens aantreft. Ook met de kap naar beneden blijft het interieur gespaard bij een onverwachte regenbui. Voor vandaag is het een overbodig maar niettemin bezienswaardig accessoire.
 

Als nieuw: de Amphicar uit 1967 is met veel vakmanschap opgeknapt.

De toertocht gaat helaas niet door het water...

Een mooiere rijdende reclame kun je je nauwelijks voorstellen. In 2016 deed de auto ook mee.

Renault Caravelle 1964: zo mooi waren ze zelfs nieuws niet.

Ter bescherming van de regen: de tonneau cover die je eerder bij een Britse sportwagen verwacht.

Geschiedenisboek
Oldtimer is voor de organisatoren van deze dag een breed begrip. Dat een vooroorlogse DKW F5 tot de categorie behoort, zal niemand betwijfelen, maar bij een Volvo 340 of Mercedes G-klasse rijzen wellicht vraagtekens. Vandaag deert het niet. Auto’s die vroeger gewoon langs de stoeprand stonden, vormen nu met elkaar de elementen van een levend geschiedenisboek. Ze hebben de status van louter gebruiksvoorwerp achter zich gelaten. Ze zijn toegetreden tot het eminente gezelschap van liefhebbersauto’s. Voor de een is een DAF 33 de ultieme droom van het verleden, voor een ander een Opel Kadett A of B, een Citroën 2CV, Renault Dauphine of, jawel, de eerste generatie van de Volkswagen Golf. Er zijn mensen die ervoor pleiten alles zo origineel mogelijk te houden terwijl anderen het heerlijk vinden zo’n oud beestje helemaal uit elkaar te halen en als nieuw op te bouwen. Niet altijd is de eerste indruk juist en soms houdt je oog je voor de gek. Roest is niet altijd roest en een Porsche is niet altijd een Porsche. Maar één ding is zeker: het enthousiasme is zeker echt. Dat is volgend jaar vast weer zo.
 

Een vooroorlogse DKW is een van de oudere deelnemers.

De carrosserie is grotendeels van leerdoek.

Niet echt een oldtimer, maar deze G-klasse van Mercedes-Benz is niettemin al 32 jaar oud.

In oktober 1965 kwam deze Opel Kadett A voor het eerst op de straat.

De eerste Kadett zou de start vormen van een lange, succesvolle reeks.

Deze coupé is een Kadett van het B-type van juni 1969. De auto nam al eerder deel aan de oldtimerdag.

In 1991 zag de Kadett er als cabriolet zo uit. De auto werd gemaakt door Bertone.

Deze Opel GT uit 1971 is al weer sinds het begin van deze eeuw bij de huidige eigenaar.

Jammer van die velgen... de originele wielen hadden deze mooie VW 1600 Variant beter gestaan.

De eerste generatie van de Volkswagen Golf is inmiddels ook een liefhebbersauto.

De cabriolet van de eerste Golf, gebouwd bij Karmann in Osnabrück.

De Mini Clubman en een wat oudere Mini, met echt houten omlijsting.

Een mooie Austin Healey 100, maar erg lang staan we er dit jaar niet bij stil.

Pure nostalgie: een Renault Dauphine en een DAF 33.

Links een DAF 55 Coupé en rechts een Volvo 66.

Een mooi behouden exemplaar, ooit in Limburg van de band gekomen: Volvo 340.

Deze Dauphine heeft alleen aan de zijkant richtingaanwijzers.

De eerste generatie Renault 6 is te herkennen aan de ronde koplampen. Deze auto is van 1969.

Een Citroën 2CV. Niet de alleroudste, maar inmiddels toch wel op leeftijd.

Een Volvo P544 en een Amazon.

In 1973 had de Volvo 164 extra dikke bumpers.

Dergelijke kleuren (Ford Capri en Fiat X1/9) waren in de jaren '70 niet ongewoon, maar zijn tegenwoordig opmerkelijk.

De Auto Union 100 en Volkswagen Kever Cabriolet zijn er niet voor de eerste keer.

Zoals ieder jaar zijn er weer verschillende Mercedes-Benz-liefhebbers met hun auto.

De 2002tii was de snelste versie van de beroemde 02-serie van BMW. Hier de eerste serie met ronde achterlichten.

Deze Maserati Quattroporte is van 1964. De eigenaar rijdt er nog geregeld mee.

Iedere liefhebber heeft zo zijn (of haar) eigen voorkeur.

 

 

  Bekijk ook:

 

 

De voorspelbaarheid van een traditie
 
De jaarlijkse oldtimerdag in Zoetermeer trekt veel
deelnemers die ieder jaar meedoen. Toch zijn er
soms verrassende 'nieuwkomers'.

mei 2019

 

 

Ieder zijn liefde
 
Foto-impressie van enkele bijzondere deelnemers
aan de jaarlijkse old timerbijeenkomst georganiseerd door
de winkeliersvereniging van de Zoetermeerse Dorpsstraat.

mei 2016

 

 

Geen dak boven je hoofd

De jaarlijkse oldtimerdag in Zoetermeer stond
dit jaar in het teken van cabriolets. Het schitterende
weer maakte het open rijden tot een feest.

mei 2014

 

Een vleugje Amerika
 
Impressie van de jaarlijkse oldtimerdag in
Zoetermeer met in 2013 speciale aandacht
voor Amerikaanse auto's van weleer.
 
 
mei 2013
 

 

Engelse auto's in het zonnetje
 
Impressie van de jaarlijkse oldtimerdag in
Zoetermeer, georganiseerd door de plaatselijke
middenstand, met dit jaar veel Engelse auto's..
 
 
mei 2012
 

 

Kijken en bekeken worden
 
 Impressie in woord en beeld van de jaarlijkse
oldtimerdag in het oude dorp van Zoetermeer
met een bonte verzameling oude auto's.
 
 
mei 2010

 

Een bezienswaardig allegaartje

Impressie van een oldtimerbijeenkomst in
Zoetermeer, met een grote verscheidenheid aan
klassiekers, alledaags en exclusief.

mei 2009

 

Pronken en kijken in Zoetermeer

Foto-impressie van de jaarlijkse oldtimerdag,
waarbij in 2007 het accent lag op Italiaanse modellen,
maar ook vele andere auto's hun opwachting maakten.

mei 2007

 

Bekende oudjes en buitenbeentjes
 
Impressie van de jaarlijkse oldtimerdag in
Zoetermeer met klassiekers in
allerlei soorten en maten.

mei 2005