Autosalon Doornhoek

Zijtaart (NL)




●  Bijeenkomst Conam
●  Meer opslag dan museum
●  Vele DAF's ter restauratie 
●  Bijzondere Trabants
 

oktober 2014
 

  


Als het museum heet, is het goed 
 

Het viel niet mee een onderdak te vinden voor de auto's van de familie Van Grinsven. Het bestemmingsplan gooide roet in het eten. Maar als je een verzameling oude voertuigen bij elkaar zet en weet om te vormen tot een museum met educatieve doeleinden, blijkt opeens veel mogelijk. Of het ook echt een museum is? De vraag stellen is 'm beantwoorden.  
 


Op uitnodiging van de Conam, de Contactgroep Auto- en Motorrijwiel Historie, zijn we op weg naar Autosalon Doornhoek in Zijtaart, een kerkdorp van de gemeente Veghel met zo’n 1500 inwoners. Het Brabantse landschap vormt het groene decor van de rit. De hectiek van de Randstad is hier ver weg. De smalle asfaltweg gaat over in een met sintels verhard pad. Je gaat je bijna afvragen: is dit de weg naar vroeger? Het blijkt mee te vallen. Het halfverharde stuk is maar kort. Het asfalt keert terug. Misschien is het alleen een stukje niemandsland tussen gemeenten. Wie zal het zeggen. Toch is de route symbolisch. Als we even later aan de koffie en appeltaart zitten, is vroeger een veel voorkomend gespreksthema. Dat is niet vreemd. De contactgroep verenigt immers geïnteresseerden in de historie van het gemotoriseerd vervoer.
 

Het Brabantse landschap als groen decor van de tocht naar Zijtaart.

La Bourguignonne, een antieke Franse auto uit 1900 verwelkomt de gasten.

Kentekenbewijzen
Eén van de leden haalt uit zijn binnenzak drie oude nationaliteitsbewijzen, destijds afgegeven zodat je kon aantonen dat een auto of motorfiets rechtmatig was ingevoerd. Ze zijn van vóór en net na de oorlog, nog met de hand geschreven. In de jaren vijftig werden ze vervangen door de kentekenbewijzen zoals wij die nu kennen. Opmerkelijk is dat wel het automerk, maar niet het type staat genoemd, maar wel weer de kleur van de stoelbekleding.
Bij een ander komen foto’s op tafel van recente restauratieprojecten. Veel liefhebbers hebben namelijk zelf een klassieke auto onder handen. De leden begroeten elkaar als goede bekenden en wisselen ervaringen en verhalen uit. De Conam organiseert geregeld excursies. Niet zozeer de grote, bekende musea zijn het doel, maar vooral ook kleinere collecties die soms alleen voor groepen toegankelijk zijn. Er staan in Nederland meer oude auto’s bij liefhebbers dan veel mensen weten.
 

Een kentekenbewijs uit 1948, handgeschreven. Het hoort bij een Citroën met grijs geribde, laken bekleding.

Garage
Autosalon Doornhoek is de hobby van Harry en Bea van Grinsven. Jaren geleden woonden ze in het hartje van Veghel. Daar was echter onvoldoende plek voor hun oude auto’s. Een verhuizing naar Zijtaart leek uitkomst te bieden. Op het terrein van hun huis stond een oud kippenhok. Op die plek zou je een mooie garage kunnen bouwen. Daar stak de gemeente echter een stokje voor. Dat was in strijd met het bestemmingsplan. Jaren van overleg en procedures volgden. Uiteindelijk bleek de uitkomst om het een museum te noemen. Dat heeft educatieve waarde en daar had de gemeente geen bezwaar tegen. En zo ontstond vijf jaar geleden de Autosalon, ontmoetingspunt en clubhuis van een groep auto-enthousiastelingen uit de regio. Harry had op dat moment afscheid genomen van het metaalbewerkingsbedrijf dat hij met zijn broer leidde. Er kwam meer tijd voor de hobby.
 

Een Austin Seven op de begane grond van de salon.

Begane grond
Na de koffie bekijken we twee handen vol auto’s op de begane grond. Bij de voordeur hadden we al kennis gemaakt met een Bourguignonne uit 1900. Vermoedelijk is dit het enige overgebleven exemplaar van een serie van 150 auto's van de fabrikant uit Dijon. Van voorbij de eerste pioniersjaren van de automobiel zijn twee Austin Sevens en hun directe concurrent, de Morris Minor. De wagentjes zijn zo’n driekwart eeuw oud. Vervoer in zijn simpelste vorm.
Uit Frankrijk stamt een Mathis uit dezelfde periode. Van na de oorlog is een Fiat Topolino, in goede staat teruggebracht en gelakt in een opvallende kleur blauw. De muur achter de auto's toont het historisch dorpsgezicht van Veghel.
Een andere wand biedt ruimte aan vitrinekasten met automodellen en -boeken. Daarvoor staat een Ferrari. Even verderop zien we een Rolls-Royce Silver Shadow en een Jaguar E-type. Het is een vroeg type, nog met koplampen achter glas.
 
 

Een karakteristieke open Austin Seven.

De bagage moest achterop.

De Minor was van Austins grootste concurrent Morris.

Een Mathis MY uit de jaren twintig.

Fiat Topoline, een zogeheten C-model van na de oorlog.

Een Rolls-Royce en Jaguar E-type. Rechts een deel van het geschilderde historische dorpsgezicht op de achterwand.

Voor de wand met boeken en modellen staat een Ferrari 328 GTS.

Stalling
De familie Van Grinsven heeft nog meer veel meer bijeengebracht. Om dat te zien gaan we de trap af. Beneden past het woord stalling beter dan museum. Er staan tientallen auto's, dicht op elkaar gepakt. Zoon Piet, aangestoken door het autovirus van zijn vader, heeft afgelopen jaren een verzameling DAF-personenwagens opgebouwd. Voor het merendeel heeft hij weinig of zelfs niets betaald. Dat is te zien. Het zou een mooie historische collectie kunnen zijn, als de auto’s zouden zijn opgeknapt en er ruimte genoeg was om ze te showen. Dat is helaas niet het geval. Hier moet nog heel veel tijd en geld worden geïnvesteerd om er een aantrekkelijke presentatie van te maken. Het helpt dat Piet in de autobusiness zit. Hij heeft een eigen bedrijf dat kunststof replica's maakt van klassieke modellen: Porsches 356 en 550 op basis van een Kever-onderstel. Maar of het er ooit van komt al deze DAF's weer toonbaar te maken, blijft de vraag. Het is een schrikbeeld van menige verzamelaar. Aan enthousiasme geen gebrek, maar aan tijd en middelen des te meer.
 

Tientallen auto's in de kelder.

Een grote verzameling DAF-personenwagens, waarvan de meeste nog behoorlijk opgeknapt moeten worden.

De auto's staan wel heel erg dicht op elkaar.

Als er ergens een DAF werd aangeboden, ging Piet 'm ophalen.

Een stationcar en rechts een tamelijk zeldzame pick-up.

Deze DAF 750 is wel in museumconditie. Alleen de richtingaanwijzerglaasjes ontbreken nog.

Trabant
Hoewel kleiner van omvang, is de verzameling Trabants vergelijkbaar. Tussen de gewone modellen van de 600 en 601 ontdekken we onder meer een pick-up, cabriolet en verlengde vierdeurs limousine. Geen van alle zijn ze zo uit de fabriek gekomen. De Oost-Duitse volksauto heeft vele liefhebbers geïnspireerd tot creatieve huisvlijt, dat is wel duidelijk.
Wat verscholen tussen het Nederlandse en Saksische erfgoed staan nog een paar bijzondere klassiekers, zoals een AC uit 1950 en een Willys Overland van net na de bevrijding. De Conam-leden willen weten of deze in Nederland is geassembleerd of in zijn geheel is ingevoerd. Harry moet het antwoord schuldig blijven. De motorkap gaat open om te zien of een identificatieplaatje uitkomst kan bieden. Aan deze auto's hoeft zo te zien niet veel meer te gebeuren. Je gunt ze wat meer ruimte en licht waardoor ze beter tot hun recht komen.
 

Trabants 600 en 601, in soorten en kleuren.

Een bijzondere vierdeurs verlengde Trabant, resultaat van huisvlijt.

Links een 600 Pick-upje, rechts een bijzondere 601 stationcar.

Ook deze cabriolet is eigenhandig gemaakt. De auto glimt mooier dan een nieuwe Trabant ooit heeft gedaan.

Beneden staan ook nog enkele MG's, een Austin Healey en een Willys Overland uit 1946.

Een mooie en bijzondere AC uit 1950.

Het merk behoort al lang tot de Britse historie.

Educatief
Aan de voorwaarde voor een educatieve ontmoetingsruimte wordt op deze zaterdagochtend zeker voldaan. Al was het maar vanwege de onderlinge contacten tussen de Conam-leden. Ze wisselen oude documentatie en de mooiste verhalen uit. Een oude Ford op de parkeerplaats onderstreept nog eens dat voor de contactgroep verleden en heden moeiteloos in elkaar overvloeien. Soortgenotencontact is een goed bindmiddel. Dat blijkt maar weer eens in het Brabantse land. En of je zo'n ontmoetingsplaats dan een museum moet noemen? Ach, buiten het gemeentehuis doet dat er eigenlijk niet toe.