Yugo in Amerika

The Yugo: The Rise and Fall of the Worst Car in History
Jason Vuic


●  Opkomst en ondergang van de Yugo in Amerika
●  Goedkoop maar kwalitatief slecht
●  Handel en wandel van Malcolm Bricklin
●  De Yugo als cultproduct
● 
Bron van talloze grappen

 
oktober 2011

 

  


Een filmscript verbleekt bij de werkelijkheid

Soms is de werkelijkheid ongeloofwaardiger dan een script voor een film. Als die werkelijkheid op een boeiende manier in boekvorm is samengevat, krijgt de historie van een auto ongekende dimensies. Het resultaat is een mooi verhaal over een slechte auto en een gewiekste zakenman.  

“A fascinating story well told”, schreef het Amerikaanse autoblad Car and Driver over het boek van Jason Vuic. Dat is het inderdaad. Geen woord te veel gezegd. Fascinerend, verbazingwekkend en boeiend. Het boek gaat over auto’s. Of eigenlijk: over één auto. Een buitengewone auto, in de letterlijke betekenis. Anders dan andere. Althans, zo werd-ie aan de man gebracht.Tot zover niets bijzonders. Over auto’s zijn immers boekenplanken vol geschreven. Het opmerkelijke is echter: Jason Vuic is geen autokenner, noch liefhebber. Hij is assistent-professor in de moderne geschiedenis aan de universiteit van Bridgewater in het Amerikaanse Virgina. Voor het onderwerp van zijn boek halen autoliefhebbers hun neus op. Misschien is het daarom wel zo interessant. Vuic heeft zich verdiept in de achtergronden van volgens sommigen de lijstaanvoerder van de categorie slechtste auto’s ooit, de Yugo, product van de Joegoslavische fabrikant Zastava. Een auto die desondanks, of misschien wel daardoor, medio jaren tachtig in Amerika een cultstatus kreeg.
 

De Yugo: een beetje aardig gefotografeerd leek het een hele auto. De afwerking was echter slecht.

Positionering van de Yugo als een eenvoudig en goedkoop vervoermiddel dat je eens nodig hebt.

Slecht
Voor nog geen 4000 dollar stond hij in de prijslijsten, waar andere kleine auto’s toch al gauw zo anderhalf keer zoveel kostten. Het reclamebureau positioneerde de auto als de opvolger van de T-Ford en de Kever: eenvoudig, geen poespas, maar een goedkoop vervoermiddel. Consumentenbladen en autojournalisten brandden de wagen echter tot de grond toe af. Ze hadden gelijk. De Yugo was slecht. Bar slecht. De kwaliteit was ongekend. Ongekend beroerd, wel te verstaan. Dat had meer te maken met de inrichting en leiding van de fabriek en het gebrek aan vakmanschap van de medewerkers dan met de Fiat-techniek waarop de auto was gebaseerd. De Yugo was in samenwerking met Fiat als eigen model ontwikkeld, nadat de fabriek in Kragujevac jarenlang verschillende Fiat-modellen had gemaakt. De op de Fiat 600 gebaseerde Zastava 750 was de volkswagen van Joegoslavië. De duurdere en luxere 101 baseerde zich op de Fiat 128, maar had anders dan het origineel een schuine achterkant met grote derde of vijfde deur. Beide modellen zijn destijds ook in Nederland aangeboden.
 

Folder en publiciteitsfoto van de in Nederland aangeboden Zastava 750, de Joegoslavische Fiat 600.

De Zastava 101 (later omgedoopt in 1100) was een Fiat 128 met grote achterklep.

Exporteditie
Gebrek aan concurrentie in het communistische Joegoslavië hield de fabriek op de been. In een vrije markt was het bedrijf al lang kopje onder gegaan. Om aan de Amerikaanse veiligheids- en emissie-eisen te voldoen, moesten tal van aanpassingen worden doorgevoerd. De exporteditie kreeg een eigen productielijn. Alleen de beste arbeiders mochten eraan werken. Nog kon de auto geen enkele vergelijking met goed gevolg doorstaan. Kun je nagaan hoe slecht de auto’s voor de Joegoslaven zelf waren.
Ondanks alles lieten zo’n 150.000 Amerikanen zich verleiden er één te kopen. Dat fascineerde Vuic. Hoe was dat mogelijk? Hij ging op onderzoek uit om het antwoord te vinden. Hoe kon het dat zoveel mensen een kat in de zak kochten? En hoe verging het importeur en fabrikant? Op die laatste vraag is het antwoord eenvoudig: slecht. Enkele jaren na introductie op de Amerikaanse markt stortte de verkoop in. Importeurs en dealers gingen failliet. De oorlog in Joegoslavië en de Amerikaanse bombardementen hielpen daarbij een handje. Van de fabriek bleef vrijwel niets meer over.
 

De Subaru 360. Links de advertentie om Amerikaanse dealers te werven.

Bricklin
Eigenlijk draait het boek niet zozeer om de Yugo, maar om de man die de wagen naar Amerika bracht, de ondernemer-zakenman-fantast Malcolm Bricklin. Miljoenen verdiende hij aan zijn achtereenvolgende handeltjes, waarbij het ene na het andere project eindigde in een financiële chaos en meestal in een faillissement. Telkens slaagde hij er echter in investeerders te vinden voor nieuwe luchtkastelen. Hij had visioenen van totaal onrealistische verkoopaantallen maar wist anderen ermee te imponeren. (Ongemerkt dwalen je gedachten af naar iemand die in recente jaren een nieuwe Nederlandse sportwagen uitbracht en een Zweeds bedrijf overnam, maar dat terzijde.) Wat niemand durfde of lukte, deed hij. Hij bracht de eerste Subaru naar Amerika, de minuscule 360, door deskundigen als de onveiligste auto van het land gekenschetst. Het werd uiteraard geen succes. Hij richtte zijn eigen automerk op en dacht de wereld te veroveren met zijn in Canada geproduceerde kunststof sportwagen met vleugeldeuren. Ze bleken stuk voor stuk te lekken. Na twee jaar ging de zaak op de fles. Klanten, dealers en de Canadese overheid bleven als de grote verliezers achter. Hij haalde de Bertone X1/9 en Pininfarina Spider uit Italië. Daar was zeker markt voor, wist hij geldschieters te overtuigen, tot het tegendeel zich aandiende. Later probeerde hij het nog een keer met de Maleisische Proton.
 

Malcolm Bricklins geflopte sportwagen met lekkende vleugeldeuren.

Kissinger
Deze Malcolm Bricklin wist, tegen ieders verwachting in, de Joegoslaven zo ver te krijgen de wagen te gaan exporteren en de Amerikanen zo gek om het ding te kopen. Daarbij hielp oud-diplomaat, de latere onderminister en minister Lawrence Eagleburger hem
- tegen vergoeding - aan de noodzakelijke contacten. Hij was toen verbonden aan het kantoor van Henry Kissinger. Voor dergelijke bemiddelingen werd het tarief van tussen 150.000 en 200.000 dollar in rekening gebracht. Bricklin knipperde niet met zijn ogen. Contacten met communistische landen is een vak apart. Vanwege de onafhankelijke positie van Joegoslavië ten opzichte van de Sovjet-Unie, werden de leiders als communistische vrienden gezien. Zelfs door de Amerikaanse republikeinen. De Joegoslaven konden intussen harde valuta als de dollar goed gebruiken. De prognoses van honderdduizenden auto's sprak ze wel aan.
 

Foto's uit de Nederlandse folder van de (Zastava) Yugo.

Gouden bergen
Vuic geeft een aardig kijkje achter de schermen van de internationale handel en politiek. Hij beschrijft beknopt de historie van Zastava, één van de door Fiat gewenste bruggenhoofden naar de communistische wereld. Hij doceert vervolgens een stukje moderne geschiedenis over de tegenstellingen tussen Kroaten, Serven en Bosniërs. Hij geeft net genoeg inzicht zonder in details te treden. Mooie beschrijvingen maken het geheel levendig. Ongelooflijk is de opportunistische houding van de Amerikaanse geldschieters en franchisehouders die zich gouden bergen door Bricklin lieten voorspiegelen. Hoe is het mogelijk dat een man keer op keer een stoet van schuldeisers berooid achterlaat maar de dans zelf steeds weet te ontspringen? Die vraag blijft voortdurend boven de markt hangen.  De auteur kan daarvoor geen verklaring geven. Na Yugo stortte Bricklin zich opnieuw in zakelijke avonturen, dit keer met elektrische auto’s. Nou ook niet bepaald een product waar de Amerikanen op zitten te wachten. Aan ondernemerschap geen gebrek, dat moet gezegd zijn.
 

Er werd door ombouwbedrijven zelfs een cabrioletversie van de Yugo ontwikkeld (foto: wikipedia).

Film
Als het niet allemaal echt was gebeurd, zou je het niet geloven. Een script voor een spannende film verbleekt bij de werkelijkheid. Vuic logenstraft de opvatting dat autohistorie alleen voor de liefhebber boeiend is. Hij voegt daar ook nog humor aan toe. Elk hoofdstuk begint met een Amerikaanse mop over de Yugo, soms identiek aan de moppen over de Trabant die in Duitsland de ronde doen.
Hoe verdubbel je de waarde van een Yugo? Door ‘m vol te tanken.
Hoe laat je een Yugo in 15 seconden optrekken tot honderd? Door ‘m van een rots af te duwen.
Waarom heeft een Yugo achterruitverwarming? Dan krijg je warme handen bij het duwen.
Wat zit er standaard in het instructieboekje van een Yugo? Een buskaart.
Hoeveel studenten gaan er in een Yugo? Niet één, niemand wil erin gezien worden.
Wat is een Yugo met een lekke band? Total loss.
Please, assistent-professor: more of this kind of research and more books! We will like them. 

 

In 1987 introduceerde Yugo de grotere Florida met koetswerk van Giugiaro. De auto kwam niet naar de VS.