The
Gallery
Brummen (NL)
●
Verkoop van
klassiekers
●
Exclusieve modellen
●
Speciaal gebouwde gallerie
●
Speelgoedmuseum Toy Gallery
●
Grote collectie oude Dinky Toys
juli 2008
Grote en kleine 'toys for boys'
Klassieke
auto’s en oude speelgoedautootjes, bij elkaar onder één dak. Voor de
enthousiasteling een aantrekkelijke combinatie. De echte auto’s zijn te koop. De
kleintjes niet. Beide soorten laten goede herinneringen aan vervlogen jeugdjaren
naar boven komen. Zo krijgen kopers, kijkers en liefhebbers een
gemeenschappelijk reisdoel: Brummen, tussen Arnhem en Zutphen. Rij er beslist
voorbij als je een auto alleen ziet als een handig vervoermiddel.
Een imposant gebouw: The Gallery aan
de rand van Brummen langs de weg Arnhem-Zutphen
Een galerie waar het naar olie ruikt
in plaats van naar olieverf en waar de objecten niet aan de muur hangen maar op
de grond staan. The Gallery ® in Brummen – met een ® achter de naam ten
teken dat die is beschermd – verkoopt klassieke auto’s. Net als bij kunst is een
aantrekkelijke omgeving geschapen om het aanbod goed uit te laten komen. Strikt
genomen kun je met evenveel recht spreken over een showroom van gebruikte
auto’s. Maar daarmee doe je de oprichter en eigenaar tekort. In het speciaal
voor dit doel gebouwde pand staan op twee verdiepingen en in de kelder
tientallen modellen die zich onderscheiden van het massaproduct auto. Het is
geen collectie in de museale zin, maar toch een interessante verzameling. Een
steeds wisselende verzameling, want uiteindelijk is het handelswaar. Een model
dat vandaag staat te pronken, kan morgen in de garage van een nieuwe eigenaar
zijn thuis vinden. Doel is zo snel mogelijk van het moois af te komen. Daartoe
zijn de auto’s schitterend opgeknapt en glanzen ze in het licht van de
spotlights. Ze moeten de clientèle verleiden, want een klassieke auto is geen
rationele aankoop. Voor kijkers glimmen ze trouwens net zo mooi als voor kopers. Anders
dan in een museum kun je er dichtbij komen. Dat wil zeggen: op de begane grond
en op de eerste verdieping. De kelder lijkt meer op een pakhuis. Bijna
letterlijk bumper tegen bumper vechten oude Amerikanen, sportieve Duitsers en
ranke Italianen om de ruimte.
 |
 |
De eerste verdieping vol
klassiekers.
Begane grond van het pand, met een
groot aanbod van sportwagens.
Nog meer auto's voor de liefhebber
in de kelder, weer hele andere modellen.
Exclusieve merken en wat
alledaagsere types van weleer, van Maserati tot Volvo.
 |
 |
Entourage
The Gallery in de huidige vorm bestaat ruim zeven jaar. Eigenaar en
autohandelaar Nico Aaldering zegt over de gekozen opstelling: “Een klassieke
auto verdient een passende entourage. Bij klassieke auto's hoort een bepaalde
sfeer. Je moet alvast een beetje kunnen wegdromen, voelen hoe een auto bij je
past. Voor veel mensen is het de vervulling van een al jaren gekoesterde droom.
Daar hoort een entourage bij die deze gevoelens versterkt.” Aaldering zit al een kwart eeuw in het vak. Hij begon als
Alfa Romeo-specialist, maar verbreedde zijn blikveld en werkterrein. Hij haalt nu
auto’s van een groot aantal merken vanuit de hele wereld naar Nederland. Bij de
tentoongestelde exemplaren staan ook auto’s van anderen. Zij gebruiken de
voorzieningen om hun wagen te verkopen.
Aan de zijkant van het gebouw is een ruime en lichte werkplaats, waar
specialisten klassiekers onderhouden en auto’s show- en rijklaar maken. Op de eerste verdieping wordt de
bezoeker in lunchroom Pitstop met zelfgemaakte appeltaart en sandwiches onthaald.
 |
 |
Bentley S2 cabriolet met koetswerk
van het beroemde huis Mulliner Park Ward
Bouwjaar 1961, zo'n 130.000
kilometer gelopen
8 cilinders, 6230 cc, het exacte
vermogen werd nooit opgegeven, het was 'genoeg'
Smetteloos opgeknapt met binnenin
uiteraard leer en luxe houtafwerking
Bentley
Het gevoel waar Aaldering over spreekt, wordt buiten al opgewekt. Rond het
gebouw staan verschillende interessante auto’s. Op deze warme julidag wordt de
aandacht getrokken door een glimmend zwarte Bentley S2 cabriolet
met koetswerk van Mulliner Park Ward. De kap is neergeklapt. Het interieur met
leer en hout past bij het statuur van deze imposante wagen. De
vraagprijs voor deze 47-jarige ligt ruim boven de anderhalve ton. Hij is daarmee
verreweg het duurst. Een iets jongere, maar minder exclusieve coupé moet ruim
een ton opbrengen. Ook bij een klassieke Maserati en enkele Aston Martins
wordt de prijs met zes cijfers voor de komma geschreven.
Het kan natuurlijk ook veel minder exclusief en daardoor véél goedkoper. Een
Opel GT bijvoorbeeld, een young timer met een groeiende schare
liefhebbers.
Voor dertien en een halve mille ben je de eigenaar. Heb je liever een klinkende
naam als Alfa Romeo of MG, dan is een dergelijk budget ook toereikend. Het
prijskaartje van een MG Midget heeft zelfs maar vier cijfers.
Het aanbod is breed, van Kever tot Ferrari en van Peugeot 404 tot Rolls-Royce.
De meeste modellen zijn naoorlogs, met begin jaren tachtig als eindpunt. Een
enkele auto is veel ouder, zoals een schitterend opgeknapte Studebaker uit 1932.
Wat zoiets kost? 75.000 euro. En dan kun je ‘m niet gebruiken om er boodschappen
mee te doen!
 |
 |
Twee voorbeelden van Britse
klassiekers: Aston Martin DB 2/4 1955 en Daimler SP250 V8 1962.
Er staan ook modellen die iets minder in
de papieren lopen. Rechts een MG met lelijke (Amerikaanse) bumpers.
De Porsche 356 en in mindere mate de
Opel GT zijn bekende klassiekers die je veel tegenkomt.
Aaldering begon ooit met Alfa's; in
zijn collectie van nu o.m. een Giulietta TI 1960 en een 1900 van 1955.
Ongeschikt
Tijdens ons bezoek laat een enkele klant zich rondleiden en adviseren. Een
echtpaar met een kleiner kind lijkt serieus geïnteresseerd in een Mercedes 190SL
Roadster van 1956. Eigenlijk ongeschikt, want het is feitelijk een tweezitter,
ondanks een achterbankje. Zulke praktische overwegingen zijn voor hem van
ondergeschikt belang. Hij ziet zich al achter het stuur zitten en zet even later
die fantasie om in realiteit. De verkoper dringt er bij de vrouw op aan ernaast
te gaan zitten. Zij blijkt praktischer van aard. Ze is bang dat de harde ritsen
aan de onderkant van haar rok krasjes zullen maken op dit rijdend kunststuk van
65 mille. Ze gaat toch overstag. Het kind moet echter op schoot en daarmee is
het oordeel geveld. Mooi maar onbruikbaar. Er zijn gelukkig genoeg alternatieven.
In de kelder staan de auto's bumper
aan bumper
Een saloon van Rolls-Royce (Silver
Cloud I) en een Bentley Continental Coupé.
Afweging
In de kelder gebruikt een andere bezoeker zijn fototoestel om thuis een goede
afweging te kunnen maken. Hij vertelt op zoek te zijn naar een mooie klassieker.
Merk, land of jaartal maken hem niet veel uit. Als de auto maar goed is. Hij is
geen sleutelaar. Meer dan gemiddelde aandacht krijgt een lichtbruine Alfa Romeo
Montreal. “Een erg ondergewaardeerde auto”, vertelt hij. “In het begin schijnen
er problemen met de motor te zijn geweest, daarna is het nooit meer goed gekomen
met het imago. Terwijl het met die V8 middenmotor een prachtige auto is”. Het
exemplaar ziet er inderdaad puntgaaf uit. ‘Als nieuw’ is hier niet
overdreven. Waarschijnlijk komt ‘beter dan nieuw’ zelfs dichter in de
buurt. De opgegeven kilometerstand is 12.345 km. Een verdacht mooi getal.
Een ander model van het Milanese merk heeft ook zijn aandacht: een witte 2000
Coupé waarvan er maar 700 zijn gemaakt. Alleen autoliefhebbers begrijpen waarom
hij die grille en spatborden zo mooi vindt. Zoals de Italianen blik in kunst
kunnen omvormen, kunnen maar weinigen het.
 |
 |
Amerikaanse klassiekers uit verschillende
tijdvakken: Studebaker 1932 en Plymouth 1956.
Prachtige Italiaanse lijnen bij deze
fraai opgeknapte Maserati.
De auto ziet er puntgaaf uit; een
mooi aanbod voor wie er het geld voor over heeft.
Deze auto's zie je niet iedere dag:
een Intermechanica Indra 1973 en Iso Grifo van rond 1970.
Triumph GTR4 Dove, een speciale
coupé-uitvoering terwijl het origineel er alleen als cabriolet was.
Exclusief
Er zijn meer bijzondere en exclusieve modellen. De liefhebber pikt ze er zo
uit. Boven staat een Intermechanica Indra, het laatste model van het merk. Na
veertig exemplaren stopte de productie. In totaal maakte de fabriek iets meer dan
honderd auto’s. Onder de motorkap huist een V8 Chevrolet-motor. De auto stamt uit
1973 en er is bijna honderdduizend kilometer mee gereden. Voor een kleine
veertigduizend euro ben je eigenaar. Niet klassiek genoeg? Dan is er de BSA Scout uit 1938, een
traditioneel
gelijnde sportwagen met voorwielaandrijving. Slechts 55 zijn er destijds van gemaakt.
Even uniek is de Triumph GTR4 Dove, een gesloten versie met achterklep op basis
van de TR4. Van de vijftig gemaakte exemplaren zijn er volgens de gegevens van
The Gallery nog 33 over. Eén daarvan is dus te koop. Het blauw leren
interieur staat mooi bij de lichtblauwe buitenkant. Het koetswerk is puntgaaf,
al is de lijnvoering niet ieders smaak.
Merkwaardig is echter het witte dashboard. Toch maar niet dan?
Voor hetzelfde geld heb je ook een Porsche, Mercedes of Jaguar. Dat zijn
uiteindelijk ook mooie toys for boys.
 |
 |
Buiten staan twee onmiskenbaar
Italiaanse coupés: een Fiat Dino en Lancia Fulvia Sport.
Typerend voor zijn tijd: een Ford Ranch Wagon 1959.
Ook dit is écht Amerikaans: een Jeep
Grand Wagoneer met namaak houten panelen.
Speelgoedmuseum Toy Gallery
Van de klassieke auto’s gaan we
verder met de trap naar boven, naar de echte toys, naar het speelgoed.
Dat wil zeggen: ooit was het speelgoed. Nu zijn het waardevolle museumstukken.
Op de tweede verdieping is een speelgoedmuseum gevestigd, met de toepasselijke
naam Toy Gallery. Het is een particulier initiatief, opgezet, ingericht
en gerund door twee hobbyisten. De beide mannen hebben al een leven achter zich
– 63 en 82 jaar oud – maar zijn in hun hart kind gebleven. Wie eigenlijk niet?
Ze hebben hun jeugdervaringen in vitrines gezet om er iedere dag aan herinnerd
te kunnen worden. Het zijn dierbare herinneringen, dat is wel duidelijk. Met veel vlijt en toewijding is een bescheiden, maar
interessant museum van 500 vierkante meter ontstaan. Centraal staat een
dorpspleintje in de sfeer van Charles Dickens met – hoe kan het anders –
speelgoedwinkeltjes. In de realisatie zijn heel wat uren gaan zitten.
Links het Dickens-plein, rechts de
etalage met de oudste Dinky Toys
Dinky Toys
De man aan de kassa informeert of ik een bijzondere interesse heb. Het woord
Dinky Toys blijkt het codewoord voor een persoonlijke rondleiding.
Tachtig procent van de tentoongestelde modellen komt uit zijn privécollectie. Met veel zorg
en aandacht zijn de autootjes op soort en generatie bij elkaar gebracht. Om het
tijdsbeeld te versterken heeft hij er geplastificeerde kleurkopieën van oude
autofolders bij gehangen.
Het verhaal van de Dinky Toys begint in 1931 als het Britse bedrijf Meccano
kleine autootjes maakt voor bij een treinbaan. De naam wordt overigens pas drie
jaar later ingevoerd. Heel in het begin gaat het om algemene modellen, maar al
snel worden het kleine kopieën van echte auto’s. De modellen van na de
oorlog zijn veel nauwkeuriger gedetailleerd en staan aan het begin van een
bloeitijd die in de jaren zeventig eindigt. Dinky Toys wordt, net als aspirine en
walkman, een soortnaam. De autootjes worden steeds luxer. Eerst komen er
raampjes in, later complete interieurs en kunnen deuren en kappen open. In het
begin zijn het louter Britse auto’s. Spoedig verbreedt het aanbod zich, tot en met
de Nederlandse Daffodil, de Japanse Honda S800 en de Russische Moskvitch.
 |
 |
Sfeervolle vitrines met een
indrukwekkende collectie; rechts producten van Dinky Toys France: Citroën,
Panhard, Renault en Simca
Concurrentie
Meccano krijgt met zijn Dinky Toys al snel concurrentie van andere fabrikanten.
Corgi Toys en Matchbox zijn de bekendste tegenhangers, maar ook buiten Engeland
wordt het fenomeen miniatuurauto ontdekt en tot een commercieel product gemaakt.
Meccano zelf heeft ook een Franse tak, die zich richt op ‘continentale
modellen’. (Vanuit Brits gezichtspunt was er destijds de scheidslijn British
cars en Continental cars). De meeste fabrikanten maken metalen
autootjes, maar de Franse fabrikant Norev koos voor plastic. Die vervormden in
de loop der tijd en daarvan zijn er mogelijk nog minder overgebleven.
De Matchboxjes zijn een slag kleiner en goedkoper. Ze hebben niet de vaste
schaal van 1 op 43 van de andere merken. Overigens laten de modellen in de
vitrines haarfijn zien dat er met die schaal soms behoorlijk de hand werd
gelicht.
In toepasselijke, oude vitrinekasten, trekt de historie aan je voorbij.
Sentimenten en herinneringen komen boven. Mijn oog
valt op een bruine Plymouth stationcar. Het was mijn eerste Dinky Toy. Ik heb 'm
nog steeds. Inmiddels
is hij al enkele keren opnieuw gelakt. Voor de verstokte verzamelaar is het daarmee
een waardeloos prul geworden, maar zijn taak als speelgoed heeft hij met verve
vervuld. Grappig is,
dat juist van deze auto beneden in de Gallery het voorbeeld staat.
 |
 |
Links modellen uit begin jaren '60,
rechts (in doosjes) Dinky Toys nadat het merk was opgekocht door Matchbox
Links: concurrent Corgi Toys -
rechts: de Plymouth in het echt en als Dinky Toys
Meccano
Behalve de Dinky Toys en zijn familieleden hebben de mannen van het museum
allerlei ander speelgoed bijeengebracht: een uitgebreide Meccano-collectie (naar
eigen zeggen ‘uniek in de wereld’), oude poppen en beren, spelletjes en boeken.
Maar de nadruk ligt toch op de auto’s. Daar rekenen we dan ook trapauto’s en oud
blikken speelgoed bij, gedecoreerd met oude langspeelplaten.
Ook het museum is een verzamelplaats van toys for boys, uit een tijd dat het nog
geaccepteerd was zonder schroom te spreken over jongens- en meisjesspeelgoed. In
de praktijk is die tweedeling er nog steeds. In de showroom beneden lopen
aanmerkelijk meer mannen dan vrouwen rond.
Ook grote, blikken modellen
ontbreken niet. Naast de autootjes folders uit die tijd.
Trapauto's met oude beren als
bestuurder: kan het nostalgischer?
We vertrekken en laten de speelgoed-
en echte auto's in Brummen achter. Het ging immers om kijken, niet kopen. Naar
goede Hollandse traditie. Intussen wordt buiten duidelijk dat de handel in old timers
een levendig bedrijf is. Op een aanhanger achter een Range Rover met Duits
nummerbord wordt een Pontiac Safari modeljaar 1956 aangevoerd. Het is een
bijzondere driedeurs
stationwagon, zustermodel van de Chevrolet Nomad. Deze stond als conceptcar
in '54 op de autotentoonstellingen, gebaseerd op de Chevrolet Corvette. Een jaar
later nam General Motors de wagen in productie, maar dan als één van de typen in
de Bel Air-reeks. De Nomad en de nog uitzonderlijker Safari zijn in
kringen van liefhebbers waardevolle bezittingen geworden. En zeg nou zelf: is
het geen plaatje? Die wil je als jongen best als speelgoed.
■
Aanvoer van een Pontiac Safari 1956,
een zustermodel van de beroemdere Chevrolet Nomad.
 |
Uitgenodigd via YouTube
Een serie filmpjes op
YouTube is aanleiding
weer eens bij Gallery Aaldering langs te gaan.
Dat is altijd een mooie belevenis.
april
2022
|
 |
 |
Je mist toch al gauw de
airco
Honderden klassiekers te
koop bij Gallery Aldering
in
Brummen. De verscheidenheid is groot, in
soort en
prijs. Impressie van een warme zomerdag.
juli 2018
|
 |
|